3.12 Woordenschat

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

	Vak: Nederlands Hoofdstuk: 3
1.	Lesopening
2.	Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.	Lesdoel (+ minicheck)
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie + afsluiting

1. Lesopening

Pak je boek van Nederlands met je schrift, laat het boek nog even dicht. 

2. Leergebiedoverstijgende doelen

Zelfstandig leren

- Werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld. 

Als er staat leg je antwoord uit, doe je dat. 

Arrangementen

- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 

???

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 

???

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 

???

3. Lesdoel

Aan het eind van deze les: 

- begrijp je de betekenis van verschillende examenwoorden;

- begrijp je de betekenis van verschillende woorden uit teksten.

Verdiept arrangement:

Namen lln. 

Huiswerk noteren + maken:

Les: 3.12

blz.: 152 t/m 154

opdr.: 1 t/m 5

Mini-check

Quiz mee

Een vaardigheid bezitten, betekent dat je iets kunt.

1. waar
2. niet waar

Proefpersoon betekent:

1. persoon die iets proeft
2. iemand waarop getest wordt
3. een probeersel
4. iemand die proeven uitvoert

wat is het tegengestelde van vergrendelen

1. sluiten
2. iemand opsluiten
3. ontgrendelen
4. begrenzen

Wie maakt wat:

Iedereen doet mee met de instructie:

les 3.12, opdr. 1 t/m 5, blz. 152 t/m 154

De rest doet mee met de instructie.

4. Instructie

Kijk samen met de klas naar het volgende filmpje. 

5. Begeleid inoefenen

Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?

Lees en maak les 3.12, blz. 152 t/m 154 , opdr. 1 t/m 5

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?

namen lln... kom aan de instructietafel zitten. 

Niels; laptop pakken om voorleesfunctie te krijgen. 

6. Zelfstandig werken

Je leest en maakt zelfstandig, in stilte:

V: 3.12, blz. 152 t/m 154 , opdr. 1 t/m5--> namen lln

B: 3.12, blz. 152 t/m 154 , opdr. 1 t/m5  --> rest van de klas

I: 3.12, blz. 152 t/m 154 , opdr. 1 t/m5 --> rest van de klas

Ben je klaar?

1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig. 

2. Huiswerk ander vak afmaken. 

3. Leren toets / lezen / woordzoeker. 

7. Evaluatie

- Zelfstandig leren; werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.
 

Ik mag museums als meervoud van museum gebruiken.

1. waar
2. niet waar

A Wordt jij later brandweerman?
B Wordt je moeder volgende week 45?

1. A = goed B = goed
2. A = goed B = fout
3. A = fout B = goed
4. A = fout B = fout

Afsluiting

Ruim je boek en schrift van NE op.

Volgende lesuur: ....................