Armoede in Nederland

• Maatschappijleer
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 2

Armoede

Programma

Uitleg
Films + vragen
Eindopdracht
Start met vooronderzoek

Vakkundige lesdoelen

1. Je begrijpt wat het begrip ''armoede'' inhoudt en kunt dit in eigen woorden toelichten.

Persoonlijke lesdoelen

1. Je kunt je eigen mening uiten door je standpunt te delen met de klas
2. Je respecteert elkaars ideeën en opvattingen

Armoede?

waaraan denk je als je dit woord hoort?

Als je arm bent, is dat je eigen schuld (als volwassene).

Armoede

1.  Te weinig financiële mogelijkheden hebben.
2. Voor de noodzakelijke goederen en voorzieningen. 

Bijvoorbeeld  voor voeding of een goede woning.
3. Schaamte en verbergen  van het probleem. 
 

Vragen

Welke kenmerken van armoede benoemen ze  in dit filmpje?
Wat  veroorzaakt het probleem denk je?

Kenmerken van armoede

Weinig geld
Schaamte
Probleem verbergen
Dure spullen voor kinderen kopen
Gebrekkige verzorging
Schulden

Oorzaak

traditie
werkloosheid
arbeidsongeschiktheid ( ziektes)
echtscheiding
Verslaving 
Schulden

Wat is een minimuminkomen

1. Het grootste bedrag waar een gezin per maand recht op heeft
2. Het kleinste bedrag waar een gezin per maand recht op heeft

Stage

Wat zouden jullie op stage kunnen betekenen voor de kinderen?

Eindopdracht

Wat heb je geleerd tijdens deze les?

01:25

Praten jullie thuis ook over de financiële situatie?

03:00

Wat vind je er van dat de gemeente dit soort gezinnen helpt?

1. Goed! Zeker blijven stimuleren
2. Is niet nodig
3. Ligt eraan hoeveel geld ze geven
4. Hoe weet de gemeente of je hulp nodig hebt?

03:35

Wat vind je van haar uitspraak over de vakantie?

04:20

Wat zou jij doen in Robines situatie? Vertellen aan vrienden?

1. Nee, aan niemand
2. Ja, maar alleen mijn beste vrienden
3. Ja, aan de hele klas
4. Nee, alleen de mentor

05:35

Is het in je eigen omgeving opgevallen dat sommigen niet mee gingen naar schoolreisjes?

1. Nee, nooit
2. Ja, maar wist niet waarom
3. Ja, hij/zij heeft zelf verteld waarom

06:00

Wat zijn jouw ervaringen in de klas? Praten mentoren/vakdocenten hierover?

08:20

Stelling:
'Wie écht wil werken, kan werken'. Eens/oneens en waarom?

Hoe zou je een kind helpen in zo'n situatie?