In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Tekst
Slide 1 - Tekstslide
Lesplan
Voorstellen
Lesdoel
Opdracht
Afsluiting
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Lesdoel
Aan het einde van het les heb je voor jezelf in beeld welke onderdelen van "Wat is maatschappijleer?" je al goed begrijpt en waar je nog extra uitleg over wil hebben.
We kijken een kort filmpje
We maken een quiz
We maken een overizcht van aanwezige kennis & leerpunten
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Samenleven doe je in het klein en in het groot. In het groot noemen leef je samen met.....
A
je gezin
B
je sociale omgeving
C
je vrienden
D
je familie
Slide 7 - Quizvraag
Je loopt op straat en ziet een oude vrouw die haar boodschappen laat vallen je besluit haar te helpen omdat..
A
dit moet van de wet
B
dit een gedragsregel is
C
je hoopt geld van haar te krijgen
D
je stoer wilt overkomen op je vrienden
Slide 8 - Quizvraag
Tekst
Slide 9 - Tekstslide
Lesplan
Voorstellen
Lesdoel
Opdracht
Afsluiting
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Lesdoel
Aan het einde van het les heb je voor jezelf in beeld welke onderdelen van "Wat is maatschappijleer?" je al goed begrijpt en waar je nog extra uitleg over wil hebben.
We kijken een kort filmpje
We maken een quiz
We maken een overizcht van aanwezige kennis & leerpunten
Slide 13 - Tekstslide
0
Slide 14 - Video
Samenleven doe je in het klein en in het groot. In het groot noemen leef je samen met.....
A
je gezin
B
je sociale omgeving
C
je vrienden
D
je familie
Slide 15 - Quizvraag
Principes die je belangrijk vindt in het leven noemen we ook wel...
A
waarden
B
normen
C
eisen
D
wetten
Slide 16 - Quizvraag
'Belang' betekent.....
A
dat wat belangrijk is
B
dat lang zijn beter is
C
het voordeel dat je ergens van hebt
D
dat je je aan de wet moet houden
Slide 17 - Quizvraag
de belangrijkste machtsmiddelen zijn?
Slide 18 - Woordweb
Slide 19 - Open vraag
Dillema van de dag
JE MOET ELKE OCHTEND CITROENSAP IN JE OGEN DRUPPELEN -OF- IN AL JE ETEN ZITTEN GRATEN
Slide 20 - Tekstslide
feit - mening - argument
Feit: In Nederland moet je betalen voor het openbaar vervoer.
Mening: Ik vind dat het openbaar vervoer voor iedereen gratis moet zijn.
argument: Omdat dan minder mensen met de auto zullen reizen. Dat is beter voor het milieu.
Slide 21 - Tekstslide
Opdracht
Maak een overzicht waarin je aangeeft welke kennis al aanwezig is en wat je nogt wilt herhalen!
Doe dit voor alle paragrafen.
timer
10:00
Slide 22 - Tekstslide
Evaluatie lesdoel
Aan het einde van het les heb je voor jezelf in beeld welke onderdelen van "Wat is maatschappijleer?" je al goed begrijpt en waar je nog extra uitleg over wil hebben.
Slide 23 - Tekstslide
Huiswerk donderdag 6-12-18
lezen:
Paragraaf 1. De samenleving
&
Paragraaf 2. Hoe maken we keuzes?
Slide 24 - Tekstslide
'Belang' betekent.....
A
dat wat belangrijk is
B
dat lang zijn beter is
C
het voordeel dat je ergens van hebt
D
dat je je aan de wet moet houden
Slide 25 - Quizvraag
Principes die je belangrijk vindt in het leven noemen we ook wel...
A
waarden
B
normen
C
eisen
D
wetten
Slide 26 - Quizvraag
de belangrijkste machtsmiddelen zijn?
Slide 27 - Woordweb
Een maatschappelijk probleem heeft meestal vier kenmerken. Welke vier zijn dit?
Slide 28 - Open vraag
Dillema van de dag
JE MOET ELKE OCHTEND CITROENSAP IN JE OGEN DRUPPELEN -OF- IN AL JE ETEN ZITTEN GRATEN
Slide 29 - Tekstslide
feit - mening - argument
Feit: In Nederland moet je betalen voor het openbaar vervoer.
Mening: Ik vind dat het openbaar vervoer voor iedereen gratis moet zijn.
argument: Omdat dan minder mensen met de auto zullen reizen. Dat is beter voor het milieu.
Slide 30 - Tekstslide
Opdracht
Maak een overzicht waarin je aangeeft welke kennis al aanwezig is en wat je nogt wilt herhalen!
Doe dit voor alle paragrafen.
timer
10:00
Slide 31 - Tekstslide
Evaluatie lesdoel
Aan het einde van het les heb je voor jezelf in beeld welke onderdelen van "Wat is maatschappijleer?" je al goed begrijpt en waar je nog extra uitleg over wil hebben.