Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Taalverzorging
Taalverzorging
1 / 37
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
37 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Taalverzorging
Slide 1 - Tekstslide
Programma
- Korte uitleg theorie
- toa.toets.nl -> taalverzorging
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Welke fout zie je?
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
Me/mij/mijn, je/jou/jouw, u/uw
ons/onze
Wanneer je een bezit aangeeft (en dat bezit direct erachter staat) gebruik je mijn, jouw, uw. onze.
Ik ben mijn laptop vergeten
Je bent jouw laptop vergeten
Dat is onze keuze
Slide 6 - Tekstslide
Deze laptop is van mij
Deze laptop is van jou
Deze laptop is van ons
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Welke fout zie je?
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Is/eens
Heeft de PostNL weer is een pakketje teruggestuurd?
Hij is niet zo slim
Ik ben weer 's naar de dokter geweest met een gat in mijn knie.
's is een afkorting van eens.
Slide 11 - Tekstslide
Hun liepen samen door de winkel
Slide 12 - Tekstslide
Welke fout zie je?
Slide 13 - Open vraag
Slide 14 - Tekstslide
Hun hebben morgen een toets --> Fout!
Zij hebben morgen een toets
Slide 15 - Tekstslide
Het meisje die daar fietst
Slide 16 - Tekstslide
Welke fout zie je?
Slide 17 - Open vraag
Slide 18 - Tekstslide
De mensen waarmee ik op vakantie gaan zijn mijn vrienden.
Slide 19 - Tekstslide
Welke fout zie je?
Slide 20 - Open vraag
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Welke fout zie je?
Slide 23 - Open vraag
Als of dan
Gebruik 'als' bij vergelijkingen
Mijn scooter is net zo snel
als
die van jou.
Gebruik 'dan' bij een verschil
Seizoen 2 van die serie vind ik slechter
dan
seizoen 1
Ik denk dat ik beter in zingen ben
dan
jij
Slide 24 - Tekstslide
Hans loopt even hard als mij/ik
Hans loopt even hard als
ik loop
Laura heeft een mooiere stem dan ik (heb)
Bij twijfel kun je de zin aanvullen met woorden die in het eerste deel van de zin al werden gebruikt.
Slide 25 - Tekstslide
Gebruik 'dan' bij woorden: 'ander, andere, anders'
De dag liep anders dan ik had verwacht
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Welke fout zie je?
Slide 28 - Open vraag
Na of naar
Slide 29 - Tekstslide
Na
de les ga ik een broodje kopen
Ik ga
naar
huis
Slide 30 - Tekstslide
Je gebruikt 'naar' in alle andere situaties.
Heb je het naar je zin hier?
Naar aanleiding van ons telefoongesprek, stuur ik u deze mail.
Slide 31 - Tekstslide
Ik irriteer me aan sommige reclames
--> Fout
Ik erger me aan sommige reclames
Sommige reclames irriteren me
Slide 32 - Tekstslide
Welke zin is correct?
A
Koningsdag is altijd op 27 April.
B
Koningsdag is altijd op 27 april.
Slide 33 - Quizvraag
Welke zin is correct?
A
Maastricht ligt in het uiterste Zuiden van Nederland.
B
Maastricht ligt in het uiterste zuiden van Nederland.
Slide 34 - Quizvraag
Welke zin is correct?
A
Amsterdam ligt in Noord-Holland.
B
Amsterdam ligt in noord-Holland.
Slide 35 - Quizvraag
Welke zin is correct?
A
Jan zei: 'Ik wil helemaal niet naar die feesttent.'
B
Jan zei: 'ik wil helemaal niet naar die feesttent.'
Slide 36 - Quizvraag
Aan de slag
Toa.toets.nl -> taalverzorging
Slide 37 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Taalverzorging
Juni 2024
- Les met
28 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Veelgemaakte fouten
Maart 2023
- Les met
33 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Taalverzorging
Maart 2023
- Les met
28 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1-4
Taalverzorging
September 2024
- Les met
30 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1-4
Taalverzorging FORMULEREN H4.1 tot 4.4
December 2022
- Les met
27 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
2.3 Examen Schrijven: taalverzorging
Oktober 2022
- Les met
29 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Taalverzorging
Juni 2022
- Les met
29 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Veelgemaakte fouten
November 2023
- Les met
28 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1