Week 3 - les 2 - spelling H1

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Welkom!

Vrijdag 21 januari

Vandaag

• Werken aan werkdoelen week 3
• Extra uitleg werkwoordspelling (naar keuze)
• Klopt het niveau? 
• Plattegrond

Persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt)

Ik	Ikvorm	bel
Je/jij	stam +t	belt
Hij/zij/het	stam +t	belt
Wij	hele ww	bellen

Persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt)

je/jij achter pv => ikvorm

Bel jij mij even?

Belt je docent mij even?  (Belt jij docent?)

Vind je dat ook?

Vindt je vriend dat ook?

Persoonsvorm verleden tijd (pvvt)

• Sterke werkwoorden veranderen van klank (lopen - liepen).
• Zwakke werkwoorden => TaXiKoFSCHiP
• 
  
• Stam: hele ww -en (rad)
• Ikvorm: wat je ervan maakt als het in een zin staat (raad)

Persoonsvorm verleden tijd (pvvt)

Hele werkwoord - en (stam

Laatste letter stam in TaXiKOFSCHiP? -te(n)

Niet? -de(n)

juichten of juichden?

verbaasde of verbaaste?

Voltooid deelwoord

• Trucje van pvvt gebruiken
• 
  

 opgehaald of opgehaalt?

gebotst of gebotsd?

Wat is het verschil?

Dat gebeurt mij elke keer! - Wat is er gebeurd?

Hij belooft dit plechtig. - Dat heb je beloofd!

 De docent overlegt met haar collega.- We hebben even overlegd.

Onvoltooid deelwoord

Hele werkwoord + d

stampend, lerend, schoppend, vallend, etc.

vd als bn

Zo kort mogelijk indien er geen verwarring komt over de uitspraak

De gezette vrouw.

De geteste jongen.

Werkwoordspelling

1. De oude man verstuurt de brief.
2. De oude man verstuurd de brief.

Werkwoordspelling

1. Gisteren verhuisden we naar Groningen.
2. Gisteren verhuisten we naar Groningen.

(Worden) jij ook gek van al die werkwoordspelling?

1. Wordt
2. Word

De docent (beoordelen) ons op onze kennis van werkwoordspelling.

1. beoordeeld
2. beoordeelt

Werkwoordspelling heeft de klas vaker (oefenen).

1. geoefent
2. geoefend
3. geoefendt
4. ge-oefend

Het gebeur... nog te vaak dat men fouten maakt in werkwoordspelling.

1. gebeurd
2. gebeurt
3. gebeurdt

werkwoordspelling

1. Hij heeft de boel belazerd.
2. Hij heeft de boel belazert.

werkwoordspelling

Pas op dat je dat schilderij niet beschadig.....

1. beschadigt
2. beschadigd
3. beschadigdt

Zij herhaald die werkwoordspelling voortdurend.

1. goed
2. fout