Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Lesson 4
Lesson 4
What are we going to do:
1. Lezen 'the Kissing Booth'
2. Uitleg + oefenen relative pronouns
3. Oefeningen uit het boek
1 / 19
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
In deze les zitten
19 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Lesson 4
What are we going to do:
1. Lezen 'the Kissing Booth'
2. Uitleg + oefenen relative pronouns
3. Oefeningen uit het boek
Slide 1 - Tekstslide
Goal of this lesson:
Je weet welke relative pronouns je wanneer moet gebruiken.
Slide 2 - Tekstslide
Welk woord hoort in de zin?
Students ..... work hard, get good grades.
Slide 3 - Tekstslide
Welk woord hoort in de zin?
I visited my uncle ..... lives in a different city.
Slide 4 - Tekstslide
Relative clauses
In het Engels gebruik je:
who, which, that
Sam is the boy
who
lives next door.
It's a sweater
that
I really like.
McDonald's is food
which
I could eat every day.
Slide 5 - Tekstslide
who
which
that
gebruik bij personen
gebruik bij dieren of dingen
gebruik bij personen, dieren of dingen
Iets minder netjes dan who of which
Slide 6 - Tekstslide
My classmate____has blue glasses, failed his exam.
A
who
B
which
C
that
Slide 7 - Quizvraag
The dog ____ was very old, died yesterday.
A
who
B
that
C
which
Slide 8 - Quizvraag
Is this the dictionary ____you were looking for?
A
who
B
which
C
that
Slide 9 - Quizvraag
My neighbour, .....has a scary dog, is not at home.
A
who
B
which
C
that
Slide 10 - Quizvraag
My PE teacher, .....also teaches maths, is not at school.
A
who
B
which
C
that
Slide 11 - Quizvraag
The gym, ____ I go to every week, is closed.
A
who
B
which
C
that
Slide 12 - Quizvraag
Whose
Dit woord geeft het bezit aan.
In het Nederlands: waarvan, van wie, wiens, wier
Slide 13 - Tekstslide
My best friend,______ last name is the same as mine, lives next door.
A
who
B
whose
Slide 14 - Quizvraag
She is a person, ______ always tells the truth.
A
who
B
whose
Slide 15 - Quizvraag
Our company wants to hire a person______can work very hard.
A
who
B
whose
Slide 16 - Quizvraag
That is my neighbour____wife is a doctor.
A
who
B
whose
Slide 17 - Quizvraag
Page 79 ex. 32, 33, 34, 35
Slide 18 - Tekstslide
Goal of this lesson:
Je weet welke relative pronouns je wanneer moet gebruiken.
Slide 19 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Relative pronouns H3A
7 dagen geleden
- Les met
22 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Relative pronouns H3A
4 dagen geleden
- Les met
22 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Relative clauses (who, which, that, whose, -)
December 2023
- Les met
26 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Of Course! Unit 3 Lesson 1
December 2022
- Les met
13 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
Relative Pronouns: Who, whose, whom, which, that
September 2024
- Les met
19 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
2Ha- week 40 - les 1
Oktober 2023
- Les met
31 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
2MH3: Relative Pronouns
December 2023
- Les met
15 slides
Engels
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
Relative Pronouns
Oktober 2023
- Les met
14 slides
Engels
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2