Voeding en hygiëne/ voedingsgewoonten

Terugblik: Voedingstoffen

1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Terugblik: Voedingstoffen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Welke voedingstoffen krijg je binnen als je dit eet?
A
Eiwitten
B
Koolhydraten
C
Vetten

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke voedingstoffen worden voornamelijk in de dikke darm opgenomen?
A
Vetten
B
Koolhydraten
C
Water
D
Eiwitten

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke voedingstoffen slaan we op voor langer termijn?
A
Vet
B
Vezels
C
Koolhydraten
D
Eiwitten

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welke voedingstoffen vallen onder beschermende stoffen?
A
vitamine, mineralen en vetten
B
vitamine, mineralen en koolhydraten
C
vitamine en mineralen
D
vitamine en eiwitten

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze voedingstoffen behoren tot de:
A
Koolhydraten
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Water

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze voedingstoffen behoren tot:
A
Koolhydraten
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Water

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je geen vlees eet, mis je bepaalde voedingstoffen uit vlees. Welke voedingstoffen mis je dan?
A
koolhydraten, eiwitten en ijzer
B
eiwitten,ijzer en witte bloedcellen
C
eiwitten, ijzer en natrium
D
rode bloedcellen,ijzer en natrium

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is GEEN functie van voedingstoffen?
A
functie bij leveren van energie
B
functie bij goede darmwerking
C
functie bij vorming van nieuwe cellen
D
functie bij bescherming tegen ziekte

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voedingstoffen heb je nodig om te...
A
Gespierder te worden , bepaalde ziektes voorkomen & op gezond gewicht te blijven
B
Groeien , minder te hoesten & op gezond gewicht te blijven
C
botbreuken voorkomen & op gezond gewicht te blijven
D
Groeien , bepaalde ziektes voorkomen & op gezond gewicht te blijven

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welke voedingstoffen worden afgebroken in de mond
A
Koolhydraten
B
Vitaminen
C
Eiwitten
D
Vetten

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke voedingstoffen dienen vooral als brandstof?
A
koolhydraten en eiwitten
B
vetten en koolhydraten
C
eiwitten en vitamines
D
mineralen en vetten

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke voedingstoffen zorgen voor energie?
A
Vetten en koolhydraten
B
eiwitten
C
Vitaminen en mineralen

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze voedingstoffen behoren tot de:
A
Koolhydraten
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Water

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke voedingstoffen zijn van belang in je voeding?
A
Vetten, koolhydraten, eiwitten
B
Vetten en eiwitten
C
koolhydraten, vetten, eiwitten en suikers
D
Eiwitten en koolhydraten

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welke voedingstoffen worden afgebroken in de mond
A
Koolhydraten
B
Vitaminen
C
Eiwitten
D
Vetten

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke voedingstoffen worden voornamelijk in de dikke darm opgenomen?
A
Vetten
B
Koolhydraten
C
Water
D
Eiwitten

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke voedingstoffen slaan we op voor langer termijn?
A
Vet
B
Vezels
C
Koolhydraten
D
Eiwitten

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze les gaat over voeding en  veiligheid. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom!
Binnen komen
Tas op de grond
Spullen pakken
Aanschuiven
B
A
S
T
A
Aandacht
Mobiel in de bak / Handen wassen
Rustig op je plaats gaan zitten
Lesboek(ken) | Schrift | Etui | Laptop
Dus niet op schoot of achter je rug ;-)
Aandacht voor de docent (stil zijn)
timer
3:00

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • De student kan de relatie tussen voeding en de principes van veiligheid, hygiëne uitleggen en verantwoorden.
  • De student legt de regels rondom etikettering en de controle hierop uit.
  • De student legt de belangrijkste gevaren op het gebied van voedselveiligheid uit: microbiologisch, chemisch en fysisch.
  • De student kent de belangrijkste micro-organismen en hun werking op voeding.
  • De student kan het verschil tussen voedselinfectie en voedselvergiftiging uitleggen.
  • De student legt uit hoe levensmiddelen deskundig  in te kopen, te bewaren, te gebruiken en
te verwerken zijn.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de: De schijf van 5

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Filmpje met uitleg over de schijf van 5. 
1. Gevarieerd eten
2. Niet te vet eten
3.niet te veel en beweeg voldoende
4. eet voldoende groent, fruit en brood
5 Eet veilig
6. en niet te zout.





Richtlijnen gezonde voeding

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.5 Eet veilig
Voedsel kan worden besmet met ziekteverwekkers. Ook kunnen er chemische stoffen in je eten komen. 

Als je voedsel eet dat is besmet met ziekteverwekkers (zoals bacteriën) of chemische stoffen, kun je voedselvergiftiging krijgen. Dan word je ziek van het eten. 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 In voedsel kunnen ongezonde stoffen en bacteriën voorkomen. Met het nemen van een aantal eenvoudige maatregelen kan de kans op besmetting en ziekte, bijvoorbeeld het risico van een voedselinfectie of -vergiftiging, worden verkleind of voorkomen.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tips om veilig te eten
Kopen:         Houdbaarheid
Wassen:      Vaak en met zeep
Scheiden:   Rauw en bereid vlees uit elkaar houden
Verhitten:   Vooral vlees, kip, vis, schaal- en schelpdieren
Koelen:        Bederfelijke producten

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

etiketten
Wat staat er op een etiket?

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Biologisch
  • Bij de productie van biologisch voedsel wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met milieu en dierenwelzijn. 
  • Zo worden mestoverschotten voorkomen en krijgen dieren meer ruimte dan in de gangbare veeteelt en landbouw.
  • Biologische producten zijn herkenbaar aan de keurmerken: EKO, Europees Biologisch en Demeter

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Biologisch Vlees 
Bij de productie van biologisch voedsel wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met milieu en dierenwelzijn. Zo worden mestoverschotten voorkomen en krijgen dieren meer ruimte dan in de gangbare veeteelt en landbouw. Biologische producten zijn herkenbaar aan de keurmerken: EKO, Europees Biologisch en Demeter. 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedingsgewoonten

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
1. Aan het einde van de les kan ik uitleggen wat een voedingsgewoonten is.
2. Aan het einde van de les ken ik minimaal drie voedingsgewoonten en kan ik uitleggen wat deze voedingsgewoonten inhouden.



Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 35 - Video

Deze slide heeft geen instructies

.
Geloof
Moslim
Joods
Hindoehisme
boedisme
Christendom

dieet
energie arm
Diabetes


overtuiging
Vegetarisch
Veganist
flexetariër
biologisch
Verschillende Voedingsgewoonten zijn:

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eiwitten - proteïnen
  • Bouwstof - essentieel voor spierherstel en spieropbouw

  • Richtlijn gemiddelde Ned:
0,8 gram per kg lichaamsgewicht

  • Wat als je vegetariër of flexetariër bent?

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maken 
Hoofdstuk 3 opdrachten 3.01 t/m 3.22 blz. 149 t/m 176
Hoofdstuk 4 opdrachten 4.01 t/m 4.21 blz. 177 t/m 197

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van de schijf van vijf?
A
Het helpt je niet dik te worden
B
Het geeft aan hoe je gezond blijft
C
Het is een hulpmiddel om gevarieerd te eten
D
Het maakt wekelijkse menu's om gezond te eten

Slide 39 - Quizvraag

De schijf van 5 is een hulpmiddel om gevarieerd te eten. Hierin staan gezonde producten, maar ook wat minder gezonde die je met mate kunt innemen. 
Wat moet er worden vermeld op een voedingsetiket?

Slide 40 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

welke regels pas je toe wanneer je let op voedsel hygiëne?

Slide 41 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Eerlijke inkoop van de boer.
Biologisch  
Keurmerk voor vis 

Slide 42 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de 3 belangrijkste invloeden voor je eetgewoonte?
A
voorkeur eten, plek waar je woont, geloof
B
voorkeur eten, plek waar je woont, ouders
C
ouders, geloof, man of vrouw
D
dik of dun, geloof, plek waar je woont

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een typische Nederlandse eetgewoonte?
A
Heel vroeg eten(voor 18:00)
B
Alles prakken
C
Net genoeg koken voor het gezin
D
Alle drie zijn juist

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn jouw eetgewoonten?
A
Bijna elke dag vlees
B
Soms vlees / soms niet (flexitariër)
C
Vegetarisch
D
Veganistisch

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat zijn je eetgewoonten
A
dingen die je eet
B
wat je gewend bent te eten, hoe en wanneer je dat doet
C
wanneer je eet
D
hoeveel je eet en waarom

Slide 46 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef bij elke religie aan welke eetgewoonte hier sprake van is

Slide 47 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je een flexetarier bent eet je:
A
Eet je minstens 1 keer in de week vlees
B
Eet je helemaal geen vlees
C
Eet je minstens 1 keer in de week geen vlees
D
Eet je geen vlees, maar gebruik je ook niets van een dier

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Discussie
Wat zou voor iemand een reden kunnen zijn om vegetariër, vegan of flexetariër te worden/zijn?

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies