Unit 2.2 + 2.7

Unit 2
Unit 2.2 + 2.7
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Unit 2
Unit 2.2 + 2.7

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Unit 2 Words
EN
NL
backpack
laptop computer
mobile phone
mountain bike
skateboard

Slide 3 - Tekstslide

Unit 2 Words
EN
NL
paper
cardboard
metal
glass

Slide 4 - Tekstslide

Unit 2 Words
EN
NL
backpack
rugzak
laptop computer
laptop
mobile phone
mobiele telefoon / mobieltje
mountain bike
mountainbike
skateboard
skateboard

Slide 5 - Tekstslide

Unit 2 Words
EN
NL
paper
papier
cardboard
karton
metal
metalen
glass
glazen / glas

Slide 6 - Tekstslide

Unit 2: Grammar
Unit 2.2 - this, that, these, those


Slide 7 - Tekstslide

Aanwijzende voornaamwoorden = demonstrative pronouns
ose.
Look at the picture.

When would you use the word 'this' ?

When would you use the word 'that' ?

Slide 8 - Tekstslide

This / That - enkelvoudige
  • Aanwijzende voornaamwoorden = demonstrative pronouns
  • Als je verwijst naar een enkelvoudig zelfstandig naamwoord, gebruik je this of that.
  • Je gebruikt this en that voor enkelvoudige zaken
Engels
Nederlands
Wanneer
This
dit / deze
Dichtbij
That
dat / die
ver(der) weg

Slide 9 - Tekstslide

These / Those - meervoudig
  • Aanwijzende voornaamwoorden = demonstrative pronouns
  • Als je verwijst naar een meervoudig zelfstandig naamwoord, gebruik je these of those.
Engels
Nederlands
Wanneer
These
dit/deze
Dichtbij
Those
dat/de
ver(der) weg

Slide 10 - Tekstslide

Grammar: Signaalwoorden
demonstrative pronouns
Signaalwoorden
This / These
(Dichtbij)
- over here
- in my hand/bag/room
- close by
- next to
That / Thoses
(Ver(der) weg)
- over there
- at the other side of
- at the end of
- behind

Slide 11 - Tekstslide

Weektaak: Unit 2.2 + 2.7
Unit 2.2
Task: 6 + 7 + 9

Unit 2.7
Task: 2 + 3 + 4
Done? Workbook: pg 2

Slide 12 - Tekstslide

Exit Ticket
1. How many unit 2 words can you remember?

2. Can you describe what my partner is wearing?

3. I can talk about and write about different shapes in English.


Slide 13 - Tekstslide

Where is you bag?

Slide 14 - Woordweb

Unit 2:
shapes...

Slide 15 - Woordweb

A long, thin mark on a piece of paper, whiteboard, etc.

Slide 16 - Open vraag

A shape with four sides that are the same length and that has 90° angles at the corners

Slide 17 - Open vraag

A round shape, like the letter O.

Slide 18 - Open vraag

A shape with four straight sides; two sides are longer than the other two sides

Slide 19 - Open vraag