Heb je gekeken naar verschillende soorten teksten:
- om te bepalen of een tekst interessant is voor jou.
- om te weten wat voor tekst het is en waar deze over gaat.
Slide 2 - Tekstslide
Vandaag
- Weet je wat een tekstdoel is. (Wat wil de maker van mij? ) - Weet je wat de hoofdgedachte is van de tekst. (Wat is de hoofdzaak van wat hij mij probeert te vertellen?)
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Tekstdoelen
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Als je het tekstdoel weet, kun je ook de hoofdgedachte bepalen.
Informeren: Wat is het belangrijkste wat de maker over het onderwerp wil vertellen?
Overtuigen: Wat is de mening waarvan de maker jou wil overtuigen?
Overhalen/activeren: Wat moet je doen? (Koop…, Kom…, Word lid…, Geef geld…)
Slide 8 - Tekstslide
De hoofdgedachte
- is de kortst mogelijke samenvatting van een tekst in één zin.
- vind je vaak in het begin van een tekst.
- vind je bij langere artikelen meestal in het slot van de tekst.
Slide 9 - Tekstslide
Voorbeelden tekstdoelen
– twee teksten over namaakkleding –
Slide 10 - Tekstslide
Voorbeelden tekstdoelen
– twee teksten over namaakkleding –
Slide 11 - Tekstslide
Doel en hoofdgedachte
Wat is het doel?
Wat is de hoofdgedachte? (Waarvan wil de schrijver jou overtuigen?)