2324 5H PTA 2 les 3&4: WO 1 tot en met VVV en Weimar

Welkom in de geschiedenisles!
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom in de geschiedenisles!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Telefoon in je zakkie!

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma vandaag
Examentheorie: 
- Domeinen van het examenprogramma
- Kenmerkende aspecten

Herhaling: 1900 en situatie in de wereld
Herhaling en introductie: Topografie Europa 1871-1918
Nieuwe stof: 1914-1918
afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwachting: JdW-klimwijzer

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

HAVO 5 periode 1 PTA 2
Tijdvakken 1-8,
Tijdvak 9, tijdvak 10, 
Historische Context 2: Duitsland in Europa 1918-1991, Historische Context 3: Nederland 1948-2008

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen

  • Je kent de topografie van Europa in 1914 (R) en van Europa in 1918 (R) en in 1945 (R)
  • Je weet dat de Eerste Wereldoorlog in West-Europa werd uitgevochten in loopgraven.
  • Je kan uitleggen dat de Eerste Wereldoorlog het gevolg was van meerdere oorzaken tegelijkertijd.
  • Je kan uitleggen dat de oorzaken voor het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog direct en indirect van aard zijn
  • Je kan uitleggen dat de Eerste Wereldoorlog zo wordt genoemd omdat bijna de hele wereld erbij was betrokken (Modern Imperialisme en koloniën van Europese landen).
  • Je kunt de aanleiding voor de Eerste Wereldoorlog noemen. ​
  • Je kunt de kenmerkende aspecten ‘het voeren van twee wereldoorlogen’ en ‘verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en de betrokkenheid van de burgerbevolking bij de oorlog’ uitleggen en toepassen op bronnen.
  • Je kan uitleggen waarom de Duitse keizer Wilhelm II in 1918 werd afgezet.
  • Je weet waarom de nieuwe democratische regering gelijk een impopulaire wapenstilstand moest sluiten (Vrede van Versailles, 1919) en moest strijden tegen de Dolkstootlegende.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie oorzaken
Voor de oorlog in Oekraïne en de Eerste Wereldoorlog zijn veel verschillende oorzaken te benoemen. 
Mensen bepalen achteraf, dus na iets is gebeurd, wat nu de oorzaken zijn voor het plaatsvinden van een gebeurtenis, ontwikkeling of proces.
Dat betekent het volgende:
- Elke gebeurtenis heeft meerdere oorzaken.
-Wij maken onderscheid tussen directe en indirecte oorzaken.
-Om oorzaken nog beter te categoriseren delen wij ze vaak in op dimensies
Oorzaken zijn afhankelijk van je interpretatie en standplaats: sommige mensen/groepen hebben een andere interpretatie van een gebeurtenis/proces --> dan zijn er ook andere oorzaken
 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

21ste eeuw
18de eeuw

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vergelijk:
  • Infanterie: Soldaten te voet


  • Artillerie: Soldaten met kanon


  • Cavalerie: Soldaten te paard

18e eeuw
20e eeuw

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

= gevolg van  de Industriële Revolutie
  • Alle productie op grote schaal in fabrieken.
  • Grote hoeveelheden staal en ijzer beschikbaar.
  • Start massaproductie. 
  • Je krijgt snelvurende geweren, machine-geweren, exploderende granaten

Voorbeeld:
  1. de Maxim-gun (1870), 500 kogels/min
  2. Geweren van soldaten: 15 kogels/min
  3. Snelladende kanonnen met exploderende granaten (bereik: meer dan 10 km)


Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

September 1914: Wij gaan winnen!

Overal in Europa is er veel enthousiasme om
te gaan vechten én vertrouwen om te winnen
met Kerst zijn we weer thuis zijn!
  • Deze oorlog is goed: ein frischer fröhlicher Krieg
  • Iedereen wil meedoen (uit nationalisme maar ook veel sociale druk) 
  • Niemand heeft een realistisch beeld van een industriële oorlog met massavernietigingswapens

Slide 19 - Tekstslide

Gif -They shall not grow old

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

'Verloren generatie' 
In de literatuur na de oorlog werd er gesproken van een 'verloren generatie' omdat een groot deel van de mannen dood waren of fysiek of mentaal (zwaar) gewond terugkwamen.  

Na de oorlog werd er verwacht dat iedereen weer gewoon door zou gaan zoals voor de oorlog. Dit konden velen niet door alle trauma's

Veel Duitse veteranen waren boos


Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Selectie werken van Duitse kunstenaar Otto Dix. Otto heeft de hele oorlog gevochten in het Duitse leger. 
Wat zijn Otto' zijn onderwerpen? 

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1918 - Duitsland is op

Er is hongersnood
Leger kan maar niet winnen
Waarom stopt de oorlog niet?
Wie stopt de armoede? 
Volk (en parlement) willen democratie



Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. De Republiek van Weimar 
1919-1933

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herstelbetalingen
Duitlsand moet een enorm bedrag betalen aan de geallieerden. Eerst wordt het bedrag tot 1921 vastgesteld op 20 miljard Goudmark. Na 1921 wordt het bedrag verhoogd naar 132 miljard. Ook moest Duitsland in natura betalen aan de zwaarst getroffen landen, waaronder België. Dit deden ze met steenkool en ijzer. 
132 MILJARD!!!
132 miljard Goudmark staat gelijk aan 7 miljoen kilo Goud. 
De goudprijs is op dit moment 36,58 Euro per gram. 7 miljoen kilo goud kost nu dus ongeveer 256 miljard Euro. 

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen uit deze les

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 44 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 45 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 47 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 48 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 49 - Video

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 50 - Video

https://www.youtube.com/watch?v=aMf5MmicGlQ

Slide 51 - Video

https://www.youtube.com/watch?v=t7qS_rpv_cA