Deel 2 Hoofdletters en leestekens (opdr 9 tm 13) (SLR) Ron

Hoofletters en leestekens
taalverzorging 1
spelling
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofletters en leestekens
taalverzorging 1
spelling

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Na deze les
- kun je de regels van hoofdlettergebruik toepassen
- kun je de leestekens (punt, uitroepteken en vraagteken) op een juiste manier toepassen in een zin. 

Slide 2 - Tekstslide

Theorie leestekens
Leestekengebruik is belangrijk! Het zorgt ervoor dat je tekst soepel leest.

Slide 3 - Tekstslide

PUNT
Je schrijft een punt:
- aan het einde van de zin
- bij veel afkortingen
- na een voorletter

Slide 4 - Tekstslide

UITROEPTEKEN
Je schrijft een uitroepteken:
- na een uitroep. 
- na een waarschuwing.
- na een bevel. 

Slide 5 - Tekstslide

Vraagteken
Je schrijft een vraagteken:
- na een vragende zin. 

Slide 6 - Tekstslide

Welk leesteken moet aan het eind van deze zin?

Kom hier
A
! (uitroepteken)
B
? (vraagteken)
C
. (punt)

Slide 7 - Quizvraag

Welk leesteken moet aan het eind van deze zin?

Weet jij hoe laat het is
A
! (uitroepteken)
B
? (vraagteken)
C
. (punt)

Slide 8 - Quizvraag

Welk leesteken moet aan het eind van deze zin?

Ik ga morgen kleren kopen in de stad
A
! (uitroepteken)
B
? (vraagteken)
C
. (punt)

Slide 9 - Quizvraag

SO ALERT!!
Noteer het SO  in je agenda. 
Het komt ook in Magister te staan. 

SO SPELLING
Leer het leerblad

Huiswerk voor de volgende les op volgende slide!

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk

maak opdracht 9 tm 13 
blz 33 tm 36

Slide 11 - Tekstslide