Escritura

Vamos a escribir
In deze les leer je:
✔ De opbouw van zinnen [zinsvolgorde, ontkenning, werkwoorden, tijdsbepaling ...]
- Zinnen verbeteren
- Zinnen maken [losse woorden]

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Vamos a escribir
In deze les leer je:
✔ De opbouw van zinnen [zinsvolgorde, ontkenning, werkwoorden, tijdsbepaling ...]
- Zinnen verbeteren
- Zinnen maken [losse woorden]

Slide 1 - Tekstslide

Zinsvolgorde
Er zijn verschillen tussen de woordvolgorde in het Spaans en in het Nederlands. Het belangrijkste verschil is dat alle werkwoorden in het Spaans bij elkaar staan.

- Volgorde 🡪 Onderwerp (ow) + alle werkwoord(en) (ww) + de rest van de zin.
Voorbeeld:
Ik koop een cadeau.                                                    Compro un regalo
Ik wil een cadeau kopen                                             Quiero comprar un regalo

Slide 2 - Tekstslide

Ontkenning
De ontkenning in het Spaans:

No puedo ir al cine esta noche
No me gusta cocinar
No he hablado con mi padre

Slide 3 - Tekstslide

Tijdsbepalingen
helemaal vooraan of helemaal achteraan in de zin.
Voorbeeld:
Morgen ga ik niet naar school        Mañana no voy a ir al colegio
Morgen ga ik niet naar school        No voy a ir al colegio mañana


Slide 4 - Tekstslide

Frequentie uitdrukkingen
Vóór of meteen na het werkwoord

He viajado muchas veces a España
Nunca he hablado con Carlos
Un par de veces he ido a Madrid


Slide 5 - Tekstslide

Concordantie bijvoeglijk naamwoord:
Het bijvoeglijk naamwoord past zich in getal en geslacht aan het zelfstandig naamwoord, ook als het erachter staat (wat in het Spaans meestal het geval is) 

de aardige mensen                                        la gente simpática 🡪 enkelvoud en vrouwelijk
het knappe meisje                                        la chica simpática 🡪 enkelvoud en vrouwelijk
de grote jongens                                          los chicos altos 🡪 meervoud en mannelijk
enkele knappe meisjes                               unas chicas guapas 🡪 meervoud en vrouwelijk

Slide 6 - Tekstslide

1. Ha ido mi padre muchas veces a la playa

Slide 7 - Open vraag

2. Elena y Pablo son no amigos.

Slide 8 - Open vraag

3. Es un pueblo muy ruidosa.

Slide 9 - Open vraag

4. Carlos y Maria es personas muy puntual

Slide 10 - Open vraag

5. Vuestra amiga es muy simpático

Slide 11 - Open vraag

6. En mi fiesta mucha familia hay

Slide 12 - Open vraag

7. Me no gusta la clase de inglés porque los deberes son muy difíciles.

Slide 13 - Open vraag

8. Mis primos come mucha tortilla de patata.

Slide 14 - Open vraag

9. No me gustan los deberes difícil.

Slide 15 - Open vraag

10. Ana y yo buscáis ideas para la fiesta del colegio.

Slide 16 - Open vraag