Hoeveel procent van de gebruikte energie wordt niet gebruikt voor beweging?
A
17%
B
19%
C
81%
D
100%
Slide 7 - Quizvraag
Energie-effect
Bij een reactie kan warmte vrijkomen: exotherme reactie
Bij een reactie kan warmte opgenomen worden: endotherme reactie
Energie-effect van een reactie is het verschil tussen de chemische energie van de beginstoffen en de chemische energie van de reactieproducten.
Slide 8 - Tekstslide
Energie-diagram
Grafische weergave van het energie-effect
Energie (in KJ) op y-as
Kan dus omhoog (endotherm) of omlaag (exotherm) gaan!
Geeft chemische energie van beginstoffen en reactieproducten aan, in twee horizontale lijnen.
Pijl tussen de energieniveaus is het energie-effect
Slide 9 - Tekstslide
Energiediagrammen
KJ
KJ
Slide 10 - Tekstslide
De hoeveelheid warmte die nodig is om het water te verwarmen is afhankelijk van (kies het beste antwoord)
A
de hoeveelheid water
B
de begintemperatuur
C
de eindtemperatuur
D
de hoeveelheid water en de temperatuurstijging
Slide 11 - Quizvraag
Rekenen met energieomzettingen
zelf berekenen of reactie endotherm of exotherm is
stofeigenschap "soortelijke warmte" nodig
soortelijke warmte = hoeveelheid energie (in J) die nodig is om 1,0 g stof 1,0 C te verwarmen.
formule Q = c*m*deltaT
Slide 12 - Tekstslide
formule Q = c*m*deltaT
Q: warmte, in Joule (J)
c: soortelijke warmte, in Joule per gram per Kelvin (J/(g*K))
deltaT: temperatuurverschil in Kelvin (K)
Q=c⋅m⋅ΔT
Slide 13 - Tekstslide
C = SOORTELIJKE WARMTE
Slide 14 - Tekstslide
Hoeveel energie heb je nodig om 20 g water te laten koken wat een begintemperatuur heeft van 20 graden Celsius en een soortelijke warmte van 4,2 J/(g.°C)