23-24 literatuurgesch 16e en 17e eeuw

16e en 17e eeuw
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

16e en 17e eeuw

Slide 1 - Tekstslide

De middeleeuwen
De middeleeuwen (letterlijk tussenliggende eeuwen) situeren we van ca. 500 tot ca. 1500.

Slide 2 - Tekstslide

De zestiende eeuw
1500-1600

Slide 3 - Tekstslide

Gebieden die elkaar beïnvloeden
Historische achtergrond 
Culturele achtergrond 
Literatuur 


Slide 4 - Tekstslide

In iedere historische, culturele en literaire periode vind je een reactie op de voorgaande periode
Een reactie op de middeleeuwen zou dus kunnen zijn?

Slide 5 - Tekstslide

mogelijke reacties op de Middeleeuwen

Slide 6 - Woordweb

0

Slide 7 - Video

aanleiding reformatie?

Slide 8 - Woordweb

Humanisme
Vanaf 14de eeuw -> geleerden gingen nadenken over de mens zelf 

Het humanisme kwam op. 
Humanisme is een levensbeschouwing die mensen voorop stelt en uitgaat van de waarde van mensen.

Erasmus (1466-1536) 
Verdraagzaamheid, gewetensvrijheid en gematigdheid 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

 Antropocentrisme
theocentrisme => antropocentrisme

Menselijke prestaties waren niet langer ingegeven door God, maar kwamen uit de persoon zelf voort.

Antropocentrisch wereldbeeld = op de mens gericht wereldbeeld
Griekse 'ánthropos' = mens



Slide 11 - Tekstslide

Historische achtergrond
  • onvrede over de macht van de kerk en misstanden 
  • hervorming of reformatie 
  • gewesten verenigd onder de Bourgondische hertogen
  • Karel V: Nederlanden, groot deel Spanje, Duitsland, Italië, Oostenrijk 
  • Filips II volgt hem op in 1555; overgang naar een centraal geregeerd, absolutistisch rijk
  • Hij treedt hard op tegen ketters, d.w.z. niet-katholieken

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Beeldenstorm
1566 
Start Tachtigjarige Oorlog 1568-1648

Slide 14 - Tekstslide

Historische achtergrond
  • Tachtigjarige oorlog 1586-1648 (Vrede van Münster)
  • Het noorden roept de Republiek der Zeven verenigde Nederlanden uit 
  • Het zuiden blijft onder heerschappij van Spanje
  • De val van Antwerpen in 1585: de haven komt in verval 
  • Kooplieden en kunstenaar trekken naar Amsterdam en Haarlem
  • Godsdienstvrijheid in het noorden 
  • Bloei economie, kunst en wetenschap => Gouden eeuw voor regenten en hoge middenklasse 

Slide 15 - Tekstslide

Republiek der zeven verenigde Nederlanden (1586-1795)
- Gewest Holland maakte de dienst uit
- Kwamen regelmatig bijeen om gezamenlijk te vergaderen (De Staten Generaal).
Amsterdam
Centrum van de macht en welvaart

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Wat heeft het Wilhelmus te maken met
de Tachtigjarige Oorlog?

Slide 18 - Woordweb

Slide 19 - Tekstslide

De zeventiende eeuw
1600-1700

Slide 20 - Tekstslide

Gouden eeuw
Het noorden beleefde een gouden eeuw op het gebied van kunst, economie en wetenschappen.


Amsterdam werd de belangrijkste havenstad. 

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Tekstslide

Kunst en cultuur 
  • Renaissance = wedergeboorte
  • Opkomst Italië, 14e eeuw 
  • Terugkijken naar het glorierijke verleden: de Romeinse tijd en de daaraan voorafgaande Griekse cultuur
  • Bestudeerd door de humanisten

Slide 24 - Tekstslide

Literatuur
  • Langzame verschuiving van de rederijkers naar renaissanceliteratuur 
  • Translatio, imitatio, aemulatio 
  • Belangrijke namen: P.C. Hooft, C. Huygens, J. van den Vondel

Slide 25 - Tekstslide

Genres
Rederijkers
      Toneel en poëzie: refrein, rondeel, acrostichon, kreeftdicht

Renaissance
       Poëzie: emblematiek, liedboeken, sonnet, epigram, hekeldicht
       Toneel: tragedies, komedies of blijspel, kluchten 
       Reisjournaal

Slide 26 - Tekstslide

Wat was een belangrijk gevolg van de komst van de drukpers?
A
De opkomst van proza in plaats van poëzie
B
De verspreiding van nieuwe ideeën
C
De komst van Reinaert de Vos in boekvorm
D
De handel in 'aflaten'

Slide 27 - Quizvraag

Tachtigjarige Oorlog (1568-1648)
Leider van het verzet was:
A
Filips II
B
Willem van Oranje
C
Karel V
D
Willem de Zwijger

Slide 28 - Quizvraag

Wie schreef er 95 stellingen tegen de aflaathandel?
A
Erasmus
B
P.C. Hooft
C
Johannes Calvijn
D
Maarten Luther

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Tekstslide

Welke gebeurtenis?

Slide 31 - Woordweb

Wat was de achterliggende reden?

Slide 32 - Open vraag

De aanleiding van het ontstaan van het Wilhelmus?
A
de reformatie
B
de renaissance
C
de opstand tegen Spanje
D
de splitsing van de kerk

Slide 33 - Quizvraag

Het Wilhelmus is een acrostichon. Wat houdt dat in?

Slide 34 - Open vraag

Wat betekent renaissance?
14e eeuw: Italië,
v.a. 15e eeuw: rest Europa
A
wederopstanding
B
wedergeboorte
C
wederkerig
D
wederwaardigheid

Slide 35 - Quizvraag

Wat wordt bedoeld met aemulatio?

Slide 36 - Open vraag

Opdracht 1 (duo)
In de renaissance ontstond een nieuw genre, het 'emblema'. Zoek op wat dit is, hoe het ontstond en welke schrijvers het beoefenden. Bedenk en/of onderzoek ook met wat voor teksten uit onze tijd de emblemen vergeleken kunnen worden. 

Je bevindingen schrijf je op in een tekst van 300 woorden. 

Slide 37 - Tekstslide

Opdracht 2a (duo)
Joost van den Vondel schreef het gedicht Kinder-lyck, dat is opgenomen in een dichtbundel uit 1644. 
Verdiep je in dit gedicht en de ontstaansgeschiedenis. Waarom schreef Van den Vondel het? Wat heeft hij ermee willen uitdrukken? 
Herschrijf (de kern van) dit gedicht in de woorden die jij zou kiezen. Geef daaronder een toelichting van 200 woorden. 

Slide 38 - Tekstslide

Opdracht 2b (duo)
b) Lees het gedicht Kinder-lyck van Joost van den Vondel en het lied Tears in heaven van Eric Clapton (zie bijlage). Vergelijk de twee gedichten met elkaar wat betreft thematiek, emotie, boodschap, etc. Welke verschillen zie je tussen de twee teksten?

Slide 39 - Tekstslide

Opdracht 3 (duo)
Je verdiept je in het Wilhelmus. Ga op zoek naar de betekenis van het eerste couplet van het Wilhelmus. Leg elke regel uit in eigen woorden. Je uitleg bevat natuurlijk achtergrondinformatie: Wie was die Willem van Nassouwe? Wat betekent 'van Duitsen bloed'? En dat 'eren van de Koning van Hispanje', waarom? 
Je geeft je uitleg in een tekst van 300 woorden. 

Slide 40 - Tekstslide