2V Laag en Hoog Nederland

Wat gaan we doen?

- Uitleg Hoog - Laag Nederland  
                               vragen?

Welkom
Wat heb je nodig?
  • LessonUp - log vast in
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen?

- Uitleg Hoog - Laag Nederland  
                               vragen?

Welkom
Wat heb je nodig?
  • LessonUp - log vast in

Slide 1 - Tekstslide

AK in het nieuws
A: Hoog-Nederland
B: Laag-Nederland
A
B

Slide 2 - Tekstslide

Hoe zijn de zwerfstenen die gebruikt zijn voor de hunebedden in Drenthe terechtgekomen?
A
Door aardbevingen
B
Door de Rijn en de Maas
C
Door de wind
D
Door gletsjers

Slide 3 - Quizvraag

het Nederlands landschap
Maas
Rijn
IJssel
Waal
Schelde
1.5 Hoog-Nederland dankt haar landschap vooral aan de rivieren.

1.6 Laag-Nederland dankt haar landschap vooral aan de Noordzee.
Neder-Rijn

Slide 4 - Tekstslide

Op welke hoogte ligt de grens tussen Hoog- en Laag-Nederland?
A
1 m onder NAP
B
0 m NAP
C
1 m boven NAP
D
2 m boven NAP

Slide 5 - Quizvraag

Nederland zonder dijken
Hoogte kaart Nederland

Slide 6 - Tekstslide


In welk deel wonen wij?
A
Hoog-Nederland
B
Laag-Nederland
C
Allebei
D
Geen van beide

Slide 7 - Quizvraag

1.5 Het landschap in Hoog-Nederland

Slide 8 - Tekstslide

1.5 landschap Hoog-Nederland
Rivieren 
saale-IJstijd
Zandgronden

Slide 9 - Tekstslide

De Nederlandse delta
De Rijn, Maas en Schelde hebben laagjes klei en zand afgezet

Rijn
Maas
Schelde

Slide 10 - Tekstslide

Nederland ligt in de benedenloop van de rivieren de Rijn en de Maas.
Wat gebeurt hier het meest?
A
Erosie
B
Sedimentatie
C
Plooiing
D
Verwering

Slide 11 - Quizvraag

Saalien (saale ijstijd)                   Weichselien 
144.000 jaar                                  11,700 jaar geleden 
ffg

Slide 12 - Tekstslide

Saale-IJstijd
  • Landijs, ijskap (100km)
  • Vanuit Scandinavië
  • Duwt sediment opzij
  • Stuwwallen 
  • Bestaan uit: zand en grind afzettingen 
  • Leggen zwerfkeien neer

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Hier zijn de zandgronden laag en glooiend.
  • Platgedrukt door de gletsjers in de ijstijden
  • Laat slecht water door

Slide 15 - Tekstslide

Hier hebben zandgronden meeste reliëf.
  • stuwwallen

Slide 16 - Tekstslide

Waarom zijn de stuwwallen
tegenwoordig niet meer
aaneengesloten?


Slide 17 - Tekstslide

Waarom zijn de stuwwallen
tegenwoordig niet meer
aaneengesloten?

De grote hoeveelheden smeltwater van de ijstong hebben stukken stuwwal weggesleten. Hierbij zijn smeltwaterdalen ontstaan.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Tot aan waar kwamen de ijskappen in Nederland? Hoe kan je dit terugzien?

Slide 20 - Open vraag

Wanneer werd er dekzand neergelegd?
A
Saale-ijstijd
B
Weichselien

Slide 21 - Quizvraag

Beschrijf in drie stappen hoe dekzand is neergelegd

Slide 22 - Open vraag

Hoog-laag: rivier en zee
Noord-zuid: ijskap

Slide 23 - Tekstslide

Zandgronden

Slide 24 - Tekstslide

Kenmerken zandgronden
Onvruchtbaar: Zand houd weinig voedingstoffen vast door:

Veel ruimte tussen de korrels (hierdoor spoelen mineralen weg)

Oplossing: Mest

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Wat was de oplossing die Nederlandse boeren hebben gevonden voor de onvruchtbare zandgronden

Slide 27 - Open vraag

1.6 Het landschap in  Laag-Nederland

Slide 28 - Tekstslide

Maar eerst
5 minuten pauze
timer
1:00

Slide 29 - Tekstslide

kleibodem
  • De zee had vrij spel.
  • Er ontstonden kleine duinen, waar de zee bij vloed soms doorheen stroomde. 
  • In de plassen achter de duin werd klei afgezet. 

Slide 30 - Tekstslide

Wonen op terpen
Lage gedeelte stroomden continue over:
Mensen bouwden terpen (wierden) om op te wonen.

Slide 31 - Tekstslide

Terpen tegenwoordig:
1. Niet meer nodig want dijken
2. Liggen vaak niet meer zo hoog buitendijks gebied ligt vaak hoger door sedimentatie.

Slide 32 - Tekstslide

Hoe heet zo'n dorp - heuvel?
A
Wierde
B
Terp
C
Eiland
D
Berg

Slide 33 - Quizvraag

Slide 34 - Video

Wat is veen?
A
Vieze modder
B
Plantenresten met water
C
Een soort zand
D
Polderklei

Slide 35 - Quizvraag

Veen bovenop klei
  • Klei laat maar moeilijk water door. Daardoor ontstonden plassen (kleine meertjes)
  • In die plassen groeiden planten, die stierven en op de bodem zich opstapelden.
  • Zonder zuurstof verrotten planten niet. Het pakket werd steeds dikker: Het vormde veen.

Slide 36 - Tekstslide

Polder = droogmakerij
Stuk land, omgeven door
dijken, waar de waterstand
geregeld kan worden.


Binnendijks
Buitendijks

Slide 37 - Tekstslide

Terp
Polder
Dijk

Slide 38 - Sleepvraag

Delta --> zand en klei
IJstijd --> reliëf
Moeras --> veen

LEES EN MAAK
paragraaf 1.6 verkorte
leerroute




landschappen

Slide 39 - Tekstslide