woordenschat luchthavens 1
1 / 11
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Leg in je eigen woorden uit wat een luchthaven is.
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Natuurramp
geen natuurramp
Slide 4 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de juiste betekenis van het woord 'bestemming'?
A
kiezen of je voor of tegen iets bent.
B
doel van je reis.
C
een stempel op iets zetten.
D
de beste ergens in zijn.
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Laat met een foto zien wat één van de faciliteiten is op een luchthaven (bijvoorbeeld Schiphol)
Slide 6 - Open vraag
Deze vraag is misschien nog wel wat lastig voor de kinderen. Ze moeten eerst een foto op internet zoeken. Die foto moeten ze op de ipad opslaan/in bibliotheek zetten. Daarna kunnen ze hem toevoegen aan deze les.
Op welke foto zie je hier een incheckbalie?
A
B
C
D
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waar zie je hier een afbeelding van?
Slide 8 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat betekent het woord klimaat?
A
Hoe gezellig het in een land is.
B
Het regent veel in een land.
C
Het weer in een gebied over een langere periode.
D
Er is veel zin in een gebied.
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Sleep de betekenis naar het juiste woord.
klimaat
weersomstandigheden
het weer in een bepaald gebied over een langere periode.
Kenmerken van het weer in een bepaald gebied op een bepaalde periode.
Slide 10 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Ik weet nu al wat beter wat de woorden van de woordenschat van deze week betekenen.
Slide 11 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
