spelling opdracht 3 tm 5 (SLR)

Bij binnenkomst;
Bij binnenkomst:
Huiswerk nakijken en verbeteren. 

Schrift open op tafel. 

Niet in orde?
vanmiddag terugkomen. 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bij binnenkomst;
Bij binnenkomst:
Huiswerk nakijken en verbeteren. 

Schrift open op tafel. 

Niet in orde?
vanmiddag terugkomen. 

Slide 1 - Tekstslide

Klaar? Oefenen werkwoordspelling online
https://www.spellingoefenen.nl/werkwoorden-oefenen.html  Klik linksonder 'alles aan' aan.


Slide 2 - Tekstslide

lesdoelen
Aan het einde van deze les:
- weet je hoe je voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruikt.
- kun je de spellingsregels van de hoofdletters en kleine letters benoemen en toepassen.

blok 3 spelling 
boek blz. 126 tm 129 

Slide 3 - Tekstslide

voltooid deelwoord    ...  bijvoeglijk naamwoord
je kunt een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruiken.
de arm is gebroken --> de gebroken arm 
de aardappels zijn gekookt --> de gekookte aardappels

Slide 4 - Tekstslide

spellingsregels 
- schrijf het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord zo kort mogelijk. (de klank moet hetzelfde blijven) 

- bij woorden met een korte klank kan er een extra medeklinker komen.


- bij woorden met een lange klank kan je een klinker weglaten.

Het plafond is gewit .... het gewitte plafond
De plantjes zijn vergaan ... de vergane plantjes

Slide 5 - Tekstslide

denkstappen:
1. Kijk naar het hele werkwoord        
      Fietsen 
2. Bedenk een gemakkelijke zin met het voltooid deelwoord:
     Wij hebben gefietst
3. Maak dan van het voltooid deelwoord een bijvoeglijk naamwoord:
    De gefietste route

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

Slide 8 - Link

Hoofdletter horen aan het begin van de zin.
Er zijn uitzonderingen:
's Avonds ben ik moe. - 't Is echt heel regenachtig.
('s en 't zijn altijd klein. De eerste letter die daarna komt is de hoofdletter) 

(Na een getal of getallen is de eerste letter nooit een hoofdletter)

Slide 9 - Tekstslide

Maken
opdrachten op Ipad
Opdracht 3 en 4 blz 126 en 127 (huiswerk voor vrijdag 12 april 6e uur)

Slide 10 - Tekstslide

Namen krijgen ook een hoofdletter:
Namen van personen, rivieren, streken, plaatsen, bevolkingsgroepen, bedrijven, instellingen, merken, titels, feestdagen, heilige personen en zaken. 
Bijvoorbeeld:
Murat, meneer Van Dam, Zuid-Holland, Den Bosch, Duitsers, Rabobank, Artis, Gazelle, Calvé, Valentijnsdag, Nieuwjaar, Kerst, Boeddha, de Bijbel. 

Slide 11 - Tekstslide

Wij wonen in eindhoven.

eindhoven moet met een hoofdletter, het is de naam van een plaats.
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quizvraag

De hagelslag van venz vind ik het lekkerst.

venz moet met een hoofdletter, het is de naam van een merk.
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quizvraag

lust je een glas cola?

..... woorden moet je met een hoofdletter schrijven.
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 14 - Quizvraag

meneer janssen is trots op zijn nieuwe fiat.

.... woorden moet je met een hoofdletter schrijven.
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 15 - Quizvraag

Typ de zin over, zet waar nodig een hoofdletter.

op moederdag gaan we met ons gezin eten bij restaurant smakelijk.

Slide 16 - Open vraag

huiswerk
voor dinsdag :
maak opdr. 5 blz. 129 en 1,2 en 3 blz. 130 en 131
en opdr 1,2,3 blz. 130 en 131 (over Taal)

Slide 17 - Tekstslide

Evaluatie
1)   Ik vond deze les ....... en het was wel / niet wat ik ervan verwacht had. 

2)   Tips en Tops.......

3)   Heb je gewerkt aan een van jouw doelen? (Onenote? )

Slide 18 - Tekstslide