In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslide en 1 video.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
Informatie
Aan het einde van deze les kun je....
Eenheden van informatie herkennen
Rekenen met eenheden van informatie
Grote getallen gebruiken op je rekenmachine
Slide 1 - Tekstslide
Op je smartphone kun je veel informatie opslaan. Denk aan foto's, muziek en apps. Sleep de icoontjes met geluid op de juiste plaats.
Slide 2 - Sleepvraag
Slide 3 - Video
00:12
Wat is de eenheid van Informatie
A
App
B
Byte
C
Chrome
D
Data
Slide 4 - Quizvraag
01:09
Hoeveel nullen heeft een petabyte
A
6
B
12
C
15
D
18
Slide 5 - Quizvraag
02:23
Heb je het begrepen?
A
Ja
B
Nee
Slide 6 - Quizvraag
Zet op volgorde van groot (links) naar klein (rechts)
PB
TB
GB
MB
kB
Byte
Slide 7 - Sleepvraag
5 MB = ....
A
5000 kB
B
0,5 GB
C
5000 Byte
D
500 kB
Slide 8 - Quizvraag
0,5 PB = ....
A
5000 kB
B
500 TB
C
5000 Byte
D
500 GB
Slide 9 - Quizvraag
1 000 000 kB = ....
A
1 GB
B
1000 MB
Slide 10 - Quizvraag
Manon maakt één foto met haar smartphone. Voor die foto heeft zij twaalf MB opslagruimte nodig. Ze heeft twee GB ruimte over, hoeveel foto's kan Manon totaal hebben op haar telefoon? Geef een duidelijke berekening.
Slide 11 - Open vraag
Boeken zijn tegenwoordig ook digitaal te verkrijgen.
Joost heeft nog 6,8 GB geheugen op zijn tablet.
Joost downloadt het boek "Leren leven". Hoeveel van die boeken kan Joost op zijn tablet zetten?