Pitch en beschouwende voordracht havo 4

Wat is belangrijk bij
spreekvaardigheid?
1 / 24
volgende
Slide 1: Woordweb
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat is belangrijk bij
spreekvaardigheid?

Slide 1 - Woordweb

Wat gaan we doen?
  • Pitch aan elkaar houden.
  • De pitch filmen en leveren via Magister.
  • Elkaar feedback geven m.b.v. formulier (zie Teams).
  • Welke leerpunten dit oplevert voor je beschouwende presentatie.
  • Wat je nog moet weten over de beschouwende presentatie.

Slide 2 - Tekstslide

Wat wil jij van deze
les onthouden?

Slide 3 - Woordweb

Pitch
Bij een pitch of voordracht let je op:
  • de inhoud en structuur
  • de verbale en nonverbale communicatie
  • het taalgebruik


Slide 4 - Tekstslide

Feedback
  • Je luistert kritisch naar elkaar.
  • Je geeft elkaar gericht feedback.
  • Wees eerlijk en realistisch.

Slide 5 - Tekstslide

Groepen
Je wordt ingedeeld.
Je gaat naar het opgegeven kanaal in Teams.
Je filmt je pitch en levert het via Magister in.
Je spreekt af:
  • Wie is time keeper?
  • Wie is de woordvoerder?
Je hebt 20 minuten

Slide 6 - Tekstslide

pitch         voordracht
Maak de vertaalslag van 
de pitch naar de voordracht.

Denk even na...

Slide 7 - Tekstslide

Waar ga ik op letten
bij de beschouwende
voordracht?

Slide 8 - Woordweb

Beschouwende voordracht
Inleiding:          introductie + probleem

Middenstuk:  gevolgen + oorzaken + oplossingen

Slot:                   afweging - welke oplossing is het beste

Slide 9 - Tekstslide

De beschouwende voordracht
Centraal in de beschouwende voordracht staat het probleem.
Dat probleem geef je je luisteraars in de vorm van een vraag mee.

Let op:  het is geen ja/nee-vraag
                het is geen hoe komt het dat/ontstaat - vraag
                het is een vraag naar een advies van jou/jullie

Slide 10 - Tekstslide

Waarom is een probleemstelling geen ja/nee vraag?

Slide 11 - Open vraag

Waarom is de probleemstelling een vraag naar een advies?

Slide 12 - Open vraag

De beschouwende voordracht
Introduceer het probleem met humor, een anekdote, een schokkende feitje of beschrijf het probleem héél beeldend.

Slide 13 - Tekstslide

De beschouwende voordracht
Overdrijf: in plaats van te spreken over dat het “slecht voor de economie” is, kan je ook spreken over hoe het “desastreus is voor de economie”.

Slide 14 - Tekstslide

De beschouwende voordracht
Geef de structuur van je voordracht weer in prikkelende, bondige labels.

Een goede manier om je structuur te laten beklijven is door signaalwoorden en structurerende zinnen te gebruiken. “Ten eerste ga ik uitleggen wat het probleem is. En ten tweede…” "Het probleem gaan we bij de wortels aanpakken"

Slide 15 - Tekstslide

Het middenstuk
Werk de gekozen structuur uit:
Gevolgen, oorzaken en oplossingen van het probleem.

Slide 16 - Tekstslide

Het slot
Weeg de oplossingen tegen elkaar af. Welke oplossing is het beste om het probleem aan te pakken?  D.w.z. uitvoerbaar, effectief en efficiënt?

Kom terug op het schokkende feitje uit de inleiding.

Slide 17 - Tekstslide

Wat heb je nog nodig om je beschouwende voordracht succesvol te laten zijn?

Slide 18 - Open vraag

Wat heb je van
deze les onthouden?

Slide 19 - Woordweb

Wat vond je
van deze les?

Slide 20 - Woordweb

Planning presentaties
Planning tot voorjaarsvakantie staat in Magister.
Na voorjaarsvakantie, zie studiewijzer in Magister.

Slide 21 - Tekstslide

Wat is de overeenkomst tussen deze leerlingen?

Immanuel
Randa
Coen
Sjoerd
Sven

Maxim
Jasmijn
Keefe
Tony
Quinten de R.
Lushan
Geert

Zie Magister...

Slide 22 - Tekstslide

Tot slot nog even dit...

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide