Oefen vragen
1 / 35
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Hoe kan het dat er in Oost-Groningen minder ontwikkelingen zijn dan in Eindhoven?
Slide 2 - Open vraag
Waarom is er in bron 9 zo weinig handel tussen de ontwikkelingslanden en de communistische landen?
Slide 3 - Open vraag
bekijk bron 8, waarom heeft het midden van zuid amerika geen Europese invloed
Slide 4 - Open vraag
noem 1 natuurlijke en 1 menselijke oorzaak waarom er verschil is tussen rijk en arm
Slide 5 - Open vraag
Noem 3 redenen waarom westerse landen hun fabriek bouwen in Azië (China) gebruik daar voor het begrip vestigingsfactoren
Slide 6 - Open vraag
Waarom verplaatsen westerse landen hun maak industrie.
Slide 7 - Open vraag
wat is het verband tussen globalisering en de verschuiving van de handelspatronen?
Slide 8 - Open vraag
bekijk bron 18 waarom zou er zo veel inkomensongelijkheid zijn
Slide 9 - Open vraag
leg uit hoe je uit bron 5 kan halen dat China een van de BRICS landen is.
Slide 10 - Open vraag
wat zijn de voor en nadelen van de vrijhandel
Slide 11 - Open vraag
Leg uit waarom Nederland hoog scoort op de globaliseringsindex en hoe ze dat doen geef hiervoor drie redenen
Slide 12 - Open vraag
Leg met de bron hierboven (bron 7) uit dat het economisch zwaartepunt verschuift en waarheen gebruik in je uitleg het begrip global shift.
Slide 13 - Open vraag
vergelijk bronnen 11 en 13 (1.3) en leg door middel van deze uit waarom Egypte een arm land is. gebruik in je uitleg INTERNE EN EXTERNE OORZAKEN
Slide 14 - Open vraag
wat is het meest gekozen handelsblok?
