In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
paragraaf 1.5
Pak je boek op de juiste bladzijde.
Lees paragraaf 1.5
Maak de opgave in LessonUp over de paragraaf.
vragen stellen mag
we zijn
stil
zelf aan
het werk
Hoe maak je de opdracht
2. uitleg van het hoofdstuk
timer
15:00
geen telefoon
Slide 1 - Tekstslide
Wat is een mening?
Met een mening laat je een ander weten wat je ergens van vindt.
Wat heb je nodig voor een goede menig?
Een goede mening bestaat uit:
feiten en argumenten.
geen vooroordelen
je kent verschillende kanten van het verhaal
Slide 2 - Tekstslide
geef een voorbeeld van een mening
Slide 3 - Open vraag
Wat heb je nodig om een goede mening te geven? Noem drie dingen.
Slide 4 - Open vraag
Wat is een feit?
Een feit is wat echt gebeurd is.
Je kunt het bewijzen!
Slide 5 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen een feit en een mening?
Slide 6 - Open vraag
Bedenk waarom het gevaarlijk is dat mensen feiten niet goed van meningen kunnen onderscheiden
Slide 7 - Open vraag
Als mensen over elkaar spreken, gebruiken ze soms vooroordelen. Leg uit wat een vooroordeel is.
Slide 8 - Open vraag
van verschillende kanten bekijken
Iedereen heeft een eigen kant van een verhaal. Luister naar beide!
Soms wordt je mening gestuurd en zie je niet altijd alles.
Kijk maar eens naar het volgende filmpje.
Slide 9 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen een goede mening en een vooroordeel?
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Video
00:06
de video vraagt of je een opdracht wilt doen. Wat is de opdracht?
Slide 12 - Open vraag
00:25
hoeveel keer heeft het witte team de bal over gegooid?
Slide 13 - Open vraag
00:27
zag je nog iets anders in de video dan alleen de basketballers?
Slide 14 - Open vraag
00:56
er liep ook nog een verkleedde beer voorbij. De video wil je duidelijk maken dat je verder moet kijken dan alleen wat je ziet. wat bedoelen ze daarmee?
Slide 15 - Open vraag
Wat is een argument?
Reden waarmee je kunt uitleggen waarom jouw mening goed is.
Ik vind rood een mooie kleur:
Het doet mij aan liefde denken.
Ik vind rood een lelijke kleur:
het doet mij aan bloed denken.
onderwerpen verschillende meningen
onderwerpen met veel verschillend meningen:
geloof
coronacrisis
opvoeding van jongeren
mobiele telefoons in de klas.
Slide 16 - Tekstslide
mening
argument
feit
In Nederland moet je betalen voor het openbaar vervoer.
Ik vind dat het openbaar vervoer voor iedereen gratis moet zijn.
Omdat dan minder mensen met de auto zullen reizen. Dat is beter voor het milieu.