Herhalingsles Brugklas 6.1/2/3

Herhalingsles 6.1/2/3
Meneer de Jong
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Herhalingsles 6.1/2/3
Meneer de Jong

Slide 1 - Tekstslide

Wat zie je?

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen:
Aan het eind van de les kan je de stappen noemen die de klimaten in Europa bepalen
Aan het eind van de les kan je de verschillende klimaten van Europa noemen

Slide 3 - Tekstslide

Stap (paragraaf) 1
Golfstroom (warme zeestroom)
Aanlandige en aflandige wind

Noteer voor jezelf in je schrift hoeveel vragen je per stap goed hebt!
vb: Stap 1: 2 goed
        Stap 2: 3 goed

Slide 4 - Tekstslide

Invloed van de Golfstroom

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

De Golfstroom is een
A
Warme zeestroom
B
Koude zeestroom

Slide 7 - Quizvraag

Aan de kust van Nederland zal het in de zomer ... zijn dan in het oosten (binnenland) van Nederland
A
Warmer
B
Koeler

Slide 8 - Quizvraag

Het is winter in Nederland. We hebben te maken met aflandige wind. Is de kans nu groter dat we kunnen schaatsen?
A
Ja, aflandige wind zorgt voor nog warmere lucht
B
Ja, aflandige wind zorgt voor nog koudere lucht
C
Nee, aflandige wind zorgt voor nog warmere lucht
D
Nee, aflandige wind zorgt voor nog koudere lucht

Slide 9 - Quizvraag

Stap 2: Het klimaat in de bergen

Slide 10 - Tekstslide

Invloed golfstroom

Slide 11 - Tekstslide

Stuwingsregen

Slide 12 - Tekstslide

Stuwingsregen 

Slide 13 - Tekstslide

Waarom is het in Lillehammer
in de winter kouder
dan in Bergen?
A
Doordat Lillehammer aan een koude zeestroom ligt
B
Doordat Lillehammer aan een warme zeestroom ligt
C
Omdat tussen Bergen en Lillehammer een gebergte ligt

Slide 14 - Quizvraag

Waar zou je beter landbouw kunnen uitvoeren?
A
Loefzijde
B
Lijdzijde
C
Regenschaduw
D
Regenzon

Slide 15 - Quizvraag

Plaats A ligt op 3500m hoogte. Plaats B ligt op 500m hoogt. Waar zou het kouder zijn?
A
Plaats A, want het ligt op hoge breedte
B
Plaats A, want het ligt op een hogere ligging
C
Plaats B, want het ligt op hoge breedte
D
Plaats B, wat het ligt op hogere ligging

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Kaart

Slide 18 - Kaart

Slide 19 - Kaart

Aan de slag
Aan de slag met wat moet je kennen en kunnen

Slide 20 - Tekstslide

Stap 3: klimaten en begroeiing in Europa

Slide 21 - Tekstslide

 Europa: klimaten en begroeiing

Slide 22 - Tekstslide

Middellandse zeeklimaat
Gematigd zeeklimaat

Slide 23 - Tekstslide

Landklimaat

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

In welk van de volgende klimaten groeien sinaasappels (denk aan de vorige les)
A
Zeeklimaat
B
Middellandszeeklimaat
C
Landklimaat
D
Toendra

Slide 26 - Quizvraag

Middellandse Zeeklimaat
Landklimaat
Zeeklimaat
Toendra

Slide 27 - Sleepvraag

Welk klimaat is dit
(kijk goed naar de temperatuur
A
Zeeklimaat
B
Landklimaat
C
Middellandszeeklimaat
D
Toendra

Slide 28 - Quizvraag

Aan de slag!
Bekijk welke stap je het minst goed hebt gemaakt, ga van deze stap de herhaling maken (staat bij opdrachten)
Als je stap 1 het minst goed heb gemaakt, ga je de finish maken
Heb je bij twee stappen dezelfde aantal fouten, dan mag je kiezen

Heb je alles goed gedaan? Maak de Finish


Slide 29 - Tekstslide

Welke volgorde is goed
A
Warme zeestroom, aanlandige wind, koele zomer
B
Warme zeestroom, aflandige wind, koele zomer
C
Warme zeestroom, aanlandige wind, warme zomer
D
Koude zeestroom, aflandige wind, koele zomer

Slide 30 - Quizvraag

Welk klimaat komen we niet tegen in Europa
A
Droogklimaat
B
Hooggebergte klimaat
C
Tropisch klimaat
D
Zeeklimaat

Slide 31 - Quizvraag