Woche 50

H2a Duits, Woche 50
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 160 min

Onderdelen in deze les

H2a Duits, Woche 50

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Beginopdracht
Versie A
Versie B

Slide 3 - Tekstslide

Diese Woche:
Donnerstag (50 Min.)

Uitval (toetsweek)
Freitag (50 Min.)

Uitval (toetsweek)
Dienstag (40 Min.)

Herhaling 
Grammatik C + E
D-toets
(Training + Challenge Kapitel 3)

Slide 4 - Tekstslide

Toetsstof - do 12 dec.
Woordjes:
Alle woordjes van Kapitel 3, NL-DU en DU-NL (S. 112-113)

Grammatica:
Grammatica C (werkwoorden met een stam op een s-klank) --> S. 116
Grammatica C (getallen vanaf 100) --> S. 116
Grammatica E (ein/eine en kein/keine) --> S. 116
Herhaling: haben & sein (S. 44)

Leestekst (kun je niet specifiek voor leren)

Slide 5 - Tekstslide

Training Kapitel 3
S. 178

Aufgabe 1: kies tussen ein/eine en kein/keine (= Grammatik E)
Aufgabe 2: schrijf de getallen in het Duits op (= Grammatik C)
Aufgabe 3: vervoeg de werkwoorden met een stam op een s-klank in de juiste vorm (= Grammatik C)

Slide 6 - Tekstslide

Challenge Kapitel 3
S. 179

Aufgabe 1: vervang de doorgestreepte woorden door ein/eine of kein/keine (= Grammatik E)
Aufgabe 2: vervoeg de werkwoorden met een stam op een s-klank in de juiste vorm (= Grammatik C). 
Aufgabe 3: schrijf de getallen in het Duits op (= Grammatik C)

Slide 7 - Tekstslide

haben - sein
haben
sein
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie

Slide 8 - Tekstslide

Herhaling Grammatik C
Normaal gesproken is het ezelsbruggetje als je werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegt: ...

Bij werkwoorden met een stam op een s-klank (s, ss, ß, z, x)
is alleen de du-vorm anders (anders staan er wel heel veel s'en achter elkaar):
De du-uitgang is alleen een -t in plaats van -st.

Slide 9 - Tekstslide

Herhaling Grammatik C
reisen             du  -->
mixen             du  -->
heizen            du -->
gießen           du -->
putzen           du --> 
passen          du -->
beweisen     du -->

Slide 10 - Tekstslide

Herhaling Grammatik C
Getallen vanaf 100:
- hetzelfde opgebouwd als in het NL
- leer de losse elementen en plak ze aan elkaar

- Let op: 
honderd = hunderT
en = und

Slide 11 - Tekstslide

Herhaling Grammatik E
bepaald lw.
onbep. lw.
ontkenning
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud

Slide 12 - Tekstslide

Tijdens de les
- naar elkaar luisteren
- telefoon in de kluis of onderin je rugzak (niet te zien, niet te horen)
- spullen mee (= Trabi boek A/B, schrift, pen)

Slide 13 - Tekstslide

De komende periode
T02 (ergens tussen 11-19 december):
Kapitel 3: 
- Alle woordjes op blz. 112-113, zowel NL-DU als DU-NL
- Grammatica onderdeel C: regelmatige werkwoorden met stam op s-klank (blz. 116)
- Grammatica onderdeel E: ein- en kein- (blz. 116)
- Herhaling haben/sein (van vorig hoofdstuk, blz. 44)
- Getallen vanaf 100 (blz. 116)

+ leesvaardigheid


Slide 14 - Tekstslide

Entdecke die Fehler - D/F
Verbeter de fouten uit de woorden uit de linkerrij van lijst D/F:
der Kafee
der Thee
die Zuppe
die Mayonaise
das Tomate
der ketchup
die Zitron




Slide 15 - Tekstslide

Entdecke die Fehler - D/F
Verbeter de fouten uit de woorden uit de rechterrij van lijst D/F:
die Eieren
der Wasser
die Süssigkeiten
gern - lieber - am Liebsten
viel - meer - am meisten
warm - kald
belangrijk = richtig





Slide 16 - Tekstslide

Grammatik E: ein_/kein_
Wat is een bepaald lidwoord in het Nederlands?

En welke ken je in het Duits? 


--> nieuw: onbepaalde lidwoorden in het Duits

Slide 17 - Tekstslide

Grammatik E: ein_/kein_
mnl
vrl
onz
mv
bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord

Slide 18 - Tekstslide

Hausaufgaben für Donnerstag
- Machen: Aufgabe 20 + 22 (S. 94 + 96-97)

- Lernen: Woordenlijst D/F, tweede helft (S. 112)

Slide 19 - Tekstslide

Hausaufgaben für Freitag
- Machen: Aufgabe 20 + 23 + 24 (S. 95 + 97)

- Lernen: Wörterliste D/F, helemaal (S. 112)



Slide 20 - Tekstslide

Hausaufgaben für Dienstag
- Machen: 

- Herhalen: Woordenlijst G, eerste helft (S. 113)



Slide 21 - Tekstslide