Volwassenen en Ouderen

Volwassenen & Ouderen 
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
OntwikkelingspsychologiePraktijkonderwijsLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Volwassenen & Ouderen 

Slide 1 - Tekstslide

Na vandaag weten we...
Wat life events zijn
Wat er in het lichaam verandert bij ouderen
Wat de meest voorkomende ouderdomskwaaltjes zijn
Welke 3 vormen van dementie er zijn 

Slide 2 - Tekstslide

Volwassenheid
- jonge volwassenheid (20-40 jaar)
- de middelbare leeftijd (40-65 jaar)
- oudere (vanaf 65 jaar)

Slide 3 - Tekstslide

Life events in volwassenheid
Life-events zijn gebeurtenissen in je leven die positief of negatief het gevoel van geluk en tevredenheid beïnvloed.   Deze gebeurtenissen vergen aanpassingen en kunnen ervoor zorgen  dat je uit balans raakt. 

Slide 4 - Tekstslide

Volgens de Social Readjustment Rating Scale (Holmes en Rahe, 1967) zijn dit ' Life-Events' die veel aanpassingen vergen en daarmee veel stress veroorzaken:  

1. Uit huis gaan  
2. Dood van een ouder  
3. Echtscheiding  
4. Verhuizen  
5. Dood van een familielid  
6. Persoonlijke ziekte of verwonding  
7. Huwelijk  
8. Ontslagen worden  
9. Kinderen krijgen  
10. Ander werk  

Slide 5 - Tekstslide

Kies een life event. Wat zijn de gevolgen, hoe gaan mensen hiermee om?

Slide 6 - Open vraag

Crisis
Iedereen reageert anders op life-events. Wanneer het aanpassen niet lukt of gepaard gaat met andere gebeurtenissen waar je geen invloed op hebt is er kans op psychische ziekte. 

Bekende 'crisissen' in de volwassenheid zijn de quaterlife crisis, de dertigersdilemma's en de midlife-crisis.  

Slide 7 - Tekstslide

Kies één van deze crisissen en leg uit wat er in deze fase aan de hand is

Slide 8 - Open vraag

Burn-out
Stress ontstaat – met een risico op burn-out op langere termijn – wanneer eisen hoger zijn dan de vaardigheden en mogelijkheden.  Dit is vaak een samenloop van werk en privé. Een vaakgenoemde stelregel is dat van onderstaande 3 pijlers er maar 1 tegelijk in 'beweging' kan zijn:
-Werk 
-Wij (relatie, gezin, familie, vrienden) 
-Wonen
Zo is verhuizen naar een nieuwe stad én een nieuwe baan een mogelijke voorspeller voor overbelasting. 

Slide 9 - Tekstslide

ouderdom (65+)

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Lichamelijke verandering
  • baby, dreumes, peuter, kleuter, schoolkind, puber, jongvolwassene, volwassene, oudere
  • Je lichaam groeit en ontwikkelt zich. Cellen groeien en vermeerderen
  • Bij het ouder worden is er meer celafbraak dan celgroei

Slide 12 - Tekstslide

De één is sneller oud dan de ander
Hoe komt dat?
  • Klimaat: veel zon en extreme koude op je huid veroorzaakt een snellere afbraak van de huid zichtbaar in rimpels.
  • Leefstijl: roken, drinken, weinig slaap, ongezond eten, drugs hebben invloed op je hele lichaam, niet alleen op de huid.
  • Erfelijkheid: ziektes, maar ook snel kaal of grijs worden kunnen in de genen zitten.

Slide 13 - Tekstslide

Het normale verouderingsproces

Organen en weefsel: verouderen en herstelvermogen neemt af en vertraagt 
Veranderingen vitale functies treden op, wijze waarop is afhankelijk van die functies op jongere leeftijd (conditie en zorg voor lichaam en gezonde leefstijl) 
Huid: rimpels, zon versneld het verouderingsproces 
Hart en bloedvaten: pompfunctie wordt minder en weerstand in bloedvaten groeit 
Ademhalingsfunctie: wordt zwakker
Hart en longen: functionaliteit kan worden vergroot door regelmatig te bewegeen  
Skelet en bewegingsapparaat: botten worden brozer en spieratrofie (afname spierweefsel): kan tegengegaan worden door beweging en gezonde leefstijl 
Hersenen: achteruitgang geheugen, geheugenverlies kan duiden op dementie. Door lezen en kruiswoordpuzzels train je de hersenen

Slide 14 - Tekstslide

Ouderdomskwaaltjes
Wat zijn kwaaltjes?
  • Bij ouder worden verslijt je lichaam, hierdoor krijg je aandoeningen of ongemakken.
  • Kwaaltjes die het leven moeilijker maken maar waar je nog geen ziekte door hebt

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeelden
  1. Osteoporose (botontkalking)
  2. gebitsproblemen
  3. problemen met de spijsvertering - maagklachten, obstipatie
  4. slechter zien of horen

Slide 16 - Tekstslide

Ouderdomsziekten
  • Diabetes
  • Spierziekten (reuma)
  • Hart- en vaatziekten
  • De ziekte van Parkinson
  • Dementie

Slide 17 - Tekstslide

Dementie

Slide 18 - Tekstslide

Wat is dementie? 
* verzamelnaam voor verschillende geheugenstoornissen 
* verzwakking van het functioneren van meerdere verstandelijke vermogens, die gepaard gaat met een aanzienlijke verslechtering van het sociale of beroepsmatige functioneringsvermogen

Slide 19 - Tekstslide

Algemene symptomen
  • Stoornissen geheugen en deductieve vermogen (verbanden leggen), spraakproductie en begrijpend vermogen 
  • Onhandige en onzekere bewegingen 
  • Agnosie (dingen niet meer herkennen)
  • Besef van tijd, plaats en persoon
  • Verdere achteruitgang: 
  • bedlegerig 
  • incontinentie 
  • Niet zelfstandig meer kunnen eten

Slide 20 - Tekstslide

Alzheimer (70%)
  • Oorzaak nog niet volledig bekend 
  • Meestal voorkomend bij 65 jaar en ouder 
  • Langzaam voortschrijdende ziekte die de hersenen aantast 
  • Genetisch en familiair 
  • Eiwitophoping in de cellen van de hersenen die de binnenkant van de zenuwcellen vernietigen

Slide 21 - Tekstslide

Symptomen
  • Verslechteren korte termijn geheugen en nieuwe dingen leren 
  • Problemen bij het uitvoeren van ingewikkelde taken 
  • Vermindering initiatief 
  • Verslechterde informatieverwerking 
  • Lichamelijke zwakte 
  • Gewichtsverlies 
  • Tussen het stellen van de diagnose en het overlijden ligt meestal tussen de 10 en 15 jaar

Slide 22 - Tekstslide

Behandeling
  • Geen genezende behandeling 
  • In beginfase vertragen m.b.v. medicatie die de geheugenfuncties ondersteunen 
  • Psychische symptomen kunnen meestal met medicatie worden verlicht 
  • Levenskwaliteit beïnvloeden (gevoel van veiligheid bieden)

Slide 23 - Tekstslide

Onderzoek of er een relatie is tussen eten en vertraging van dementie. Deel je bevindingen hieronder.

Slide 24 - Open vraag

Vasculaire dementie
  • Door schade aan de bloedvaten, problemen in de doorbloeding 
  • Kleine en talrijke herseninfarcten 
  • Ook wel Multi-infarctdementie genoemd 
  • Risicofactoren: aderverkalking, verhoogde bloeddruk, diabetes en hartritmestoornissen 
  • Symptomen ontwikkelen zich vaak sneller dan de symptomen van de ziekte van Alzheimer

Slide 25 - Tekstslide

Symptomen en behandeling
  • Algemene symptomen van dementie 
  • Geleidelijke of plotselinge achteruitgang 
  • Grillig verloop 
  • Hangt af van het hersengebied dat beschadigd is 
  • Uitingen die wijzen op lokale hersenschade (eenzijdige zwakte, onbeholpenheid 
  • Langzamer gaan denken, spreken en handelen 
  • Geen verandering in persoonlijkheid en emotionele reacties 
  • Risicofactoren voor vaatziekte behandelen en ontstaan van bloedproppen voorkomen   (Medicatie: acetylsalicylzuur)

Slide 26 - Tekstslide

Frontotemporale dementie
  • Komt vaak voor op jongere leeftijd (tussen 40 en 60 jaar) 
  • Gedragsveranderingen vallen het meest op 
  • Hersencellen in frontaalkwab (gedrag) en temporaalkwab (spraak) sterven af 
  • Heftige veranderingen in gedrag, taal, persoonlijkheid, emoties en motoriek 
  • Onvoorspelbaar verloop 
  • In later stadium pas geheugenproblemen

Slide 27 - Tekstslide

Noem de 3 vormen van dementie en een onderscheidend symptoom

Slide 28 - Open vraag

Slide 29 - Tekstslide

Wordt vervolgd, op school

Slide 30 - Tekstslide