Hoofdstuk 3 Sociale zekerheid en de verzorgingsstaat in Nederland
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3
In deze les zitten 26 slides, met tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Hoofdstuk 3 Sociale zekerheid en de verzorgingsstaat in Nederland
Slide 1 - Tekstslide
Bron 1:
Wat is verzorgingsstaat?
Lezen introductie
Filmpje Verzorgingsstaat
Aan de slag!
Wat gaan wij doen vandaag?
Slide 2 - Tekstslide
Studiewijzer
d
Week 46
Lesdoel
Opdracht
13 november t/m 17 november
A: Je kunt uitleggen waarom verschillende groepen mensen in de 19e eeuw in armoede leefden.
B: Je kunt uitleggen dat bestuurders tot 1873 weinig deden tegen armoed
C: Je kunt uitleggen hoe na 1873 arbeiders en het bestuur de armoede probeerden te bestrijden. (volgende week)
Gelezen:
Hoofdstuk 3: Paragraaf 1A t/m 1C
Gemaakt: Opgave 1 t/m 9 van paragraaf 1, hoofdstuk 3.
Slide 3 - Tekstslide
Bron 1: Bejaarden vieren de invoering van de AOW. Applaus voor minister Drees (rechts). 1956
Wat is verzorgingsstaat?
Lezen introductie
Filmpje Verzorgingsstaat
Aan de slag!
Wat gaan wij doen vandaag?
Slide 4 - Tekstslide
Wat is een verzorgingsstaat eigenlijk?
Mindmap
Er zijn verschillende soorten uitkeringen.
Hoeveel ken je er eigenlijk?
Schrijf in tweettallen zo veel mogelijk uitkeringen op in een mindmap. Schrijf ook er bij voor wie de uitkering is bedoeld.
Uitkeringen
Slide 5 - Tekstslide
Wat is een verzorgingsstaat eigenlijk?
Pak hoofdstuk 3, oriëntatie.
Lees mee met de introductie.
Slide 6 - Tekstslide
Wat is een verzorgingsstaat eigenlijk?
Klassikaal: Opdracht 2 maken.
Slide 7 - Tekstslide
A: Oorzaken van Armoede in de 19de eeuw
In de 19de eeuw trekken veel mensen naar de steden toe.
Wat zijn de oorzaken hiervoor?
Landarbeiders werkeloos door succesvolle landbouw
Handwerklieden verkochten minder spullen door de komst van fabrieken
De fabrieken hadden veel arbeidskrachten nodig.
Bron 2: Door de komst van de stoommachine konden fabrikanten goedkoop en snel veel producten maken. Handwerklieden konden dit niet bij houden en waren vaak duurder.
Slide 8 - Tekstslide
A: Oorzaken van Armoede in de 19de eeuw
In de grote steden leefden arbeiders vaak in grote armoede, waarom?
Werkomstandigheden waren slecht; lange werkdagen, weinig salaris
Woonomstandigheden slecht, kleine en vochtige woningen
Weinig kennis over gezondheidszorg.
Bron 3: Foto van een arbeidersgezin in een woning. Vaak woonden hele gezinnen in kamers zo groot als deze.
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
B: Wat deden parlement en regering?
Er waren lange tijd geen sociale wetten
Sociale wetten zijn ''wetten die mensen beschermen tegen de gevolgen van armoede, ziekte, werkeloosheid en ouderdom.
Er zaten in het parlement destijds drie verschillende politieke stromingen die anders dachten over sociale wetten.
Slide 11 - Tekstslide
B: Wat deden parlement en regering?
De drie stromingen zijn
Liberalen
Socialisten
Confessionelen
*Volgende les gaan we deze uitgebreid bespreken
Slide 12 - Tekstslide
Bron 4: Foto van een gaarkeuken. Dit is ook een vorm van liefdadigheid.
B: Wat deden parlement en regering?
Er was één uitzondering op de sociale wetten, namelijk de Armenzorg.
Uit angst dat armoede diefstal en geweld zou veroorzaken werd deze wet aangenomen.
De meeste mensen kregen via liefdadigheid hulp. De Armenzorg was vaak niet voldoende.
Slide 13 - Tekstslide
Aan de slag!
Lees: Paragraaf 1A t/m 1C van Hoofdstuk 3
Maak: Opgave 1 t/m 12
Klaar?
Nakijken in het nakijkboekje
Samenvatten paragraaf 1 van hoofdstuk 3
Leren paragraaf 1 van hoofdstuk 3.
timer
10:00
Stiltebloktimer
Slide 14 - Tekstslide
Hoofdstuk 3 Sociale zekerheid en de verzorgingsstaat in Nederland
Slide 15 - Tekstslide
Bron 1: Bejaarden vieren de invoering van de AOW. Applaus voor minister Drees (rechts). 1956
Terugblik
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag!
Afsluiting
Wat gaan wij doen vandaag?
Slide 16 - Tekstslide
Studiewijzer
d
Week 46
Lesdoel
Opdracht
13 november t/m 17 november
A: Je kunt uitleggen waarom verschillende groepen mensen in de 19e eeuw in armoede leefden.
B: Je kunt uitleggen dat bestuurders tot 1873 weinig deden tegen armoed
C: Je kunt uitleggen hoe na 1873 arbeiders en het bestuur de armoede probeerden te bestrijden. (volgende week)
Gelezen:
Hoofdstuk 3: Paragraaf 1A t/m 1C
Gemaakt: Opgave 1 t/m 9 van paragraaf 1, hoofdstuk 3.
Slide 17 - Tekstslide
C: Veranderingen in de armenzorg
1873: Wereldwijd opeens veel slechter met de economie
Gevolg: Het armoedeprobleem werd nu heel groot.
Arbeiders gingen vaker demonstreren
Bestuur moest nu voor verandering zorgen
Slide 18 - Tekstslide
C: Veranderingen in de armenzorg
Arbeiders proberen met vakbonden hun omstandigheden te verbeteren.
Samen sta je sterk
Demonsteren voor algemeen kiesrecht.
Waarom zou algemeen kiesrecht helpen bij het verbeteren van omstandigheden?
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
C: Veranderingen in de armenzorg
Liberalen veranderden langzaam van mening:
1874: Afschaffing kinderarbeid tot 12 jaar.
Steun voor sociale wetten neemt langzamerhand steeds meer toe.
Slide 21 - Tekstslide
C: Veranderingen in de armenzorg
Rond 1900: Meer maatregelen.
Leerplichtwet (1901)
Ongevallenwet (1901)
Woningwet (1901)
Aanleggen rioleringen
Het algemeen kiesrecht voor mannen kwam er pas in 1917 en in 1919 kregen ook alle vrouwen kiesrecht.
Zeelieden demonstreren voor een ongevallenwet. Deze wet werd in 1901 ingevoerd, maar niet alle bedrijven vielen daaronder. (Foto uit 1914.)
Slide 22 - Tekstslide
Aan de slag!
Lees: Paragraaf 1A t/m 1C van Hoofdstuk 3
Maak: Opgave 10 t/m 13.
Klaar?
Nakijken in het nakijkboekje
Samenvatten paragraaf 1 van hoofdstuk 3
Leren paragraaf 1 van hoofdstuk 3.
timer
5:00
Stiltebloktimer
Slide 23 - Tekstslide
Hoofdstuk 3 Sociale zekerheid en de verzorgingsstaat in Nederland
Slide 24 - Tekstslide
Bron 1: Bejaarden vieren de invoering van de AOW. Applaus voor minister Drees (rechts). 1956