quiz

• Economie & Ondernemen
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

wat betekent communiceren?

1. bespreken
2. informatie uitwisselen
3. overleggen
4. praten

leg het verschil uit tussen verbale en non-verbale communicatie

je weet wat de doelstelling SMART is

welke display's zijn er

je weet welke 2 beïnvloedingen er zijn
(er zijn meerdere antwoorden mogelijk)

1. straat beïnvloeding
2. sociale beïnvloeding
3. commerciële beïnvloeding
4. reclame beïnvloeding

je weet wat een AIDA-model is

Wat betekend spiegelen?
(er zijn meerdere antwoorden mogelijk)

1. Alles rechttrekken
2. dingen naar achteren zetten
3. alles verzamelen
4. dingen naar voren halen

wat betekent THT?

je weet wat Fifo en Lifo betekent?
(er zijn meerdere antwoorden mogelijk)

1. out first in first
2. last first in first
3. last in first out
4. first in first out

je weet hoe dit heet

noem twee voorbeelden van adverteren

een ander woord voor reclame is?
(meerdere antwoorden mogelijk)

1. commercial
2. advertentie
3. product presenteren
4. video boodschap

beschrijf een coupon

je weet verschillende soorten doelgroepen

1. pubers
2. bejaarden
3. kinderen
4. volwassenen

beschrijf een woordmerk en een beeldmerk

je weet wat koopkracht is

1. geld dat je hebt om uit te geven
2. het geeft je kracht om iets te kopen
3. het geld dat je hebt om artikelen en diensten te kopen
4. hoeveel kilo je kan tillen

wat is een logo?

1. een figuur
2. een beschrijving van je bedrijf
3. een afbeelding/tekst die je bedrijf representeert
4. illustratie

je weet wanneer je moet inspringen

1. na 1 minuut
2. dat bepaal je zelf
3. na 2 minuten
4. helemaal niet

wat is een etalage

1. een kast in de winkel
2. om klanten te trekken
3. presentatie voor de winkel
4. een werkbank

je weet wat demonstreren is