- je weet wanneer je twee of meer woorden los van elkaar schrijft
- je weet wanneer je twee of meer woorden aan elkaar schrijft
- je weet wat een samenstelling is
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2
In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
DOEL
- je weet wanneer je twee of meer woorden los van elkaar schrijft
- je weet wanneer je twee of meer woorden aan elkaar schrijft
- je weet wat een samenstelling is
Slide 1 - Tekstslide
Bekijk de afbeelding. Waarin maakt de spatie verschil in betekenis?
Slide 2 - Tekstslide
Weet je nog? Leg uit wat een SAMENSTELLING is.
Slide 3 - Open vraag
Elke dinsdag wordt het ___ opgehaald.
A
huis vuil
B
huisvuil
Slide 4 - Quizvraag
Bah, wat is dit ___!
A
huis vuil
B
huisvuil
Slide 5 - Quizvraag
Leon moest invallen voor zijn zieke ___.
A
team genoot
B
teamgenoot
Slide 6 - Quizvraag
Het hele ___ van de wedstrijd.
A
team genoot
B
teamgenoot
Slide 7 - Quizvraag
Wat gaat er soms fout?
Lange woorden.
Ze zien er vaak niet uit en zijn lastig te schrijven. Daarom zijn we geneigd ze te onderbreken met een spatie. Maar dat kan weer grote gevolgen hebben voor de betekenis!
Zie jij het verschil?
lange afstandloper of langeafstandloper mageremelkpoeder of magere melkpoeder groteteennagel of grote teennagel gekkekoeienziekte of gekke koeienziekte
Slide 8 - Tekstslide
Samengestelde zelfstandige naamwoorden
- Als twee of meer woorden samen één begrip vormen, schrijf je ze aan elkaar.
schooltas
fietsbel
projectweek
Twijfel?
Als je twijfelt, kun je soms het woord/ de woorden in het enkelvoud of in het meervoud zetten. Wat verandert er dan allemaal? rodewijnglazen - een rodewijnglas rode wijnglazen - een rood wijnglas (ook rood verandert, dus twee woorden: bijvoeglijk naamwoord en zelfstandig naamwoord)
koppelteken
Wanneer je bij een samenstelling verwarring in uitspraak krijgt, gebruik je een koppelteken.
jojo-effect
Slide 9 - Tekstslide
Lange samengestelde woorden
Schoolkrantredactievergaderingslokaalwijziging
Het lokaal waar de schoolkrantredactievergadering normaal gesproken gehouden wordt, is gewijzigd.
Slide 10 - Tekstslide
In het kraampje langs de weg worden streekproducten, zoals jam en ___, verkocht
A
bijen honing
B
bijenhoning
Slide 11 - Quizvraag
Van de nectar uit bloemkelken maken ____.
A
bijen honing
B
bijenhoning
Slide 12 - Quizvraag
De winkelier liet een ____ maken, nadat het oude was afgekeurd.
A
nieuw bouwplan
B
nieuwbouwplan
Slide 13 - Quizvraag
Het ____ voor het stationsgebied, gaat niet door.
A
nieuw bouwplan
B
nieuwbouwplan
Slide 14 - Quizvraag
Zelfstandig werken
Wat ga je doen?
Ga naar Magister --> Leermiddelen --> Nieuw Nederlands
Je maakt het volgende: Woordenschat H5 --> startopdracht + 1 t/m 3. Ben je daar mee klaar, dan kijk je of de docent nog opdrachten heeft opengezet van de andere lessen. Dit is huiswerk voor maandag.