Paragraaf 9.2 Goed geregeld

Paragraaf 9.2 Goed geregeld
Paragraaf 9.2 Goed geregeld

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 8 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 9.2 Goed geregeld
Paragraaf 9.2 Goed geregeld

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen 9.2
  • Je leert hoe je lichaam de hoeveelheid stoffen in je bloed constant houdt.
  • Je kunt de taak van het uitscheidingsorganen beschrijven en benoemt daarbij de organen.
  • Je kunt uitleggen hoe de glucosevoorraad in je bloed op peil gehouden wordt.
  • Je beschrijft de taak en werking van de nieren.
  • Havo stof --> Je kunt de taak van de lever uitleggen. Je kunt uitleggen hoe de bloedtoevoer en bloedafvoer werkt bij de lever.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Programma
- Fijn :) dat jullie er weer allemaal zijn!
- Uitleg 9.2 LessonUp Goed geregeld
- Maken de vragen bij 9.2 in je boek = huiswerk

Slide 4 - Tekstslide

lr par 9.2; lezen blz 139 tm 145
mk opdr 3 tm 11

Slide 5 - Tekstslide

Wat gebeurt er in je lichaam?
  • Je lichaam houdt de hoeveelheid stoffen in je bloed zoveel mogelijk constant (hetzelfde)
  • Constant houden gebeurt door:
  • - opnemen van stoffen uit je bloed
  • - uitscheiden van stoffen uit het bloed

Slide 6 - Tekstslide

Uitscheidingsorganen

Slide 7 - Tekstslide

Hoe regel je het glucosegehalte van je bloed?
  • Je lichaam heeft glucose nodig. Glucose is ‘brandstof’ voor je lichaam. Het geeft je energie om te bewegen, warm te blijven en voor alle processen die in je lichaam plaatsvinden.

  • Je lichaam regelt de hoeveelheid glucose in je bloed met twee hormonen: insuline en glucagon
  • Deze hormonen worden geproduceerd in de alvleesklier.

Slide 8 - Tekstslide

Regeling van de hoeveelheid glucose in het bloed

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Suikerziekte/Diabetes
  1. Iemand met suikerziekte maakt te weinig insuline of de cellen zijn ongevoelig voor insuline. Er wordt dan te weinig glucose opgeslagen. 
  2. Suikerpatiënten moeten zelf de hoeveelheid glucose in hun bloed regelen. 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Huiswerk dinsdag 28 mei
leren thema 9.2
maken opdr. 12 tm 23
klaar? ga vast begrippen leren, oefen ze op biologiepagina.nl en maak deze LessonUp

Slide 14 - Tekstslide

Er zijn twee soorten diabetes

  • Bij diabetes type 1 zijn de alvleeskliercellen die insuline maken beschadigd. Hierdoor maakt de alvleesklier onvoldoende insuline.

  • Bij diabetes type 2 zijn de lichaamscellen ongevoelig geworden voor insuline. Hierdoor werkt het hormoon niet goed meer. Diabetes type 2 komt veel voor bij mensen met overgewicht, die weinig bewegen.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Startklaar
Startopdracht
1. Zitten volgens plattegrond.

2. Boek, schrift, agenda en pen op tafel.
3.  Begin met ‘startopdracht’
Bestudeer nog even 5 minuten paragraaf 9.1 en 9.2

Heb je nog vragen? Onderstreep of kleur de tekst

We gaan een korte oefentoets doen over de behandelde stof


Slide 17 - Tekstslide

De nieren
  • Via de nierslagaders komt er bloed met afvalstoffen in de nieren -> filteren -> gezuiverd bloed -> nieraders -> = urine -> urineleiders -> blaas -> opslag tot plassen via urinebuis

  • Welke afvalstoffen?  giftige stoffen en afbraakproducten lever/alcohol/medicijnen, overtollig zout en vitaminen, overbodige stoffen (bijv. kleurstoffen)





Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Video

* stof De lever
  • Je lever zorgt voor opbouw, omzetting, afbraak, opslag en afvoer van stoffen.

  • De leverslagader voert bloed met zuurstof naar de lever.
  • Door de poortader komt bloed met stoffen die door de darmen zijn opgenomen.

  • Fabriek: opbouw/afbraak bepaalde stoffen die vervolgens (in bloed) naar leverader worden vervoerd.

Slide 21 - Tekstslide

De leverfabriek: Opbouwen en omzetten
- In je verteringsstelsel worden eiwitten afgebroken tot hun bouwstenen: aminozuren. De lever maakt van de aminozuren weer nieuwe eiwitten.

- De lever kan ook glucose omzetten in vet en van vet cholesterol maken.

Slide 22 - Tekstslide

De leverfabriek: Afbreken
- Als er te veel aminozuren in je bloed zitten, breekt je lever ze af. Daarbij ontstaat ureum. Die stof wordt door de nieren uitgescheiden.

- Je lever breekt ook giftige stoffen zoals medicijnen en alcohol af.

Slide 23 - Tekstslide

De leverfabriek: Afvoeren
- Via de gal die de lever maakt, worden afvalstoffen uitgescheiden


Slide 24 - Tekstslide

De leverfabriek: Opslaan
- De lever slaat glucose op in de vorm van glycogeen.

- De lever slaat ook ijzer op. Dit ijzer is afkomstig van de hemoglobine uit versleten rode bloedcellen.

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Huiswerk  4 juni
Kijk paragraaf 9.1 en 9.2 na


maken online LessonUp paragraaf 9.2
 
klaar? leren!! of oefenen: biologiepagina.nl

Slide 27 - Tekstslide

leren over suiker-evenwicht

Slide 28 - Tekstslide

Wat is je bloedsuikerspiegel?
A
Concentratie suiker in je lichaam
B
Concentratie suiker in je bloed
C
Concentratie glucose in je lichaam
D
Concentratie glucose in je bloed

Slide 29 - Quizvraag

Welke twee hormonen zorgen voor het constant houden van de bloedsuikerspiegel
A
Glucagon & Glycogeen
B
Glucagon & Insuline
C
Glycogeen & Insuline
D
Glucose & Glycogeen

Slide 30 - Quizvraag

Wat is de functie van insuline?
A
Omzetten glucose naar glycogeen
B
Omzetten glycogeen naar glycose
C
Afbreken van glucagon
D
Opbouwen van glucagon

Slide 31 - Quizvraag

Je bloedsuikerspiegel is erg laag. Welk hormoon zal worden aangemaakt?
A
Glucose
B
Glycogeen
C
Insuline
D
Glucagon

Slide 32 - Quizvraag

Glucose kan worden omgezet tot glycogeen, dat kan worden opgeslagen. Waar in je lichaam wordt glycogeen opgeslagen?

Slide 33 - Open vraag

Welk hormoon gemaakt door de alvleesklier zorgt dat glucose kan worden opgeslagen in de vorm van glycogeen.
A
Adrenaline
B
Insuline
C
Glucagon

Slide 34 - Quizvraag

Bram rent een rondje in het park. 's Avonds zit hij Netflix te kijken op de bank. Wanneer komen er meer afvalstoffen van verbranding vrij?
A
Als Bram een rondje rent
B
Als Bram thuis op de bank Netflix zit te kijken.

Slide 35 - Quizvraag

Glucose is te ....
Glucose is te ....
hoog
laag

Slide 36 - Sleepvraag

Alvleesklier maakt ....
Alvleesklier maakt ....
insuline
glucagon

Slide 37 - Sleepvraag

Welk hormoon kan zijn werk niet goed doen bij iemand met suikerziekte?
A
glycogeen
B
insuline
C
glucagon
D
adrenaline

Slide 38 - Quizvraag

Via welke drie organen raakt het lichaam water kwijt?
A
Hart, longen, darmen
B
Longen, huid, nieren
C
Nieren, darmen, longen
D
Lever, nieren, longen.

Slide 39 - Quizvraag

Hoeveel liter urine ontstaat er per dag in jouw nieren?
A
0.5 liter
B
1 liter
C
1.5 liter
D
2.0 liter

Slide 40 - Quizvraag

Welk uitscheidingsorgaan zorgt ervoor dat koolstofdioxide ons lichaam kan verlaten?
A
Lever
B
Huid
C
Nieren
D
Longen

Slide 41 - Quizvraag

In welk orgaan worden de hormonen gemaakt die het glucosegehalte van je bloed regelen?
A
lever
B
spieren
C
alvleesklier
D
milt

Slide 42 - Quizvraag