FICTIE - week 24

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, g
• Leerjaar 1

FICTIE - BEELDSPRAAK

Wat gaan we vandaag doen?

• Eerst even de theorie herhalen over beeldspraak.
• Bij deze theorie maken we een paar vraagjes. 
• Hierna lees ik een stukje voor uit een boek en laat ik een video zien. 
• Dan hebben we een klassikale opdracht met songteksten die ik heb gekozen.

                                                 BEELDSPRAAK

                                                                      is figuurlijke taal, je gebruikt                                                                            een ander woord voor het                                                                                   begrip/zaak/iets dat je wilt                                                                              gebruiken/uitleggen.

BEELDSPRAAK > ALS-VERGELIJKING

Het gebruikte woord of zaak heeft een kenmerk die een overeenkomst heeft met de 'zaak' die je wilt uitleggen. Het woord 'als' verbindt de twee zaken.

VB: Klaas is zo sterk als een beer. // Als zwaluwen buitelen ze door de lucht,  de nog onsterfelijke woorden.

Bedenk zelf een als-vergelijking.
Ik kies er zo drie uit.

BEELDSPRAAK > METAFOOR

Een metafoor lijkt op een als-vergelijking, maar het verschilt van elkaar: het woord 'als' staat en de zaak die je wilt uitleggen staan niet in de zin. Dus: Een ding doet iets (personificatie)

VB-1: Als-vergelijking: De man die zo kaal is als een biljartbal liep over straat.

VB-2: Metafoor: De biljartbal liep over straat.

Schrijf eerst een als-vergelijking op en daarna een metafoor.

KLASSIKAAL VOORLEZEN - 
KOMIJNSPLITSERS

... dat is toch wel het ergste,
gestolen worden op klaarlichte dag,
behalve als het een verzamelaar is,

dat heb je altijd al gewild,

dat iemand je spaart. 

INDIVIDUEEL AAN DE SLAG!

Wat: De gekozen songtekst die ik heb gemaild analyseren 

Hoe: Je gebruikt de begrippen om de metaforen en vergelijkingen uit de songtekst te halen. Ik wil er minstens twee van ieder begrip zien. 

Tijd: Ongeveer 40 minuten.

Uitkomst: 1 overzicht met daarop twee metaforen en twee vergelijkingen.

Klaar? Kies een eigen songtekst of een andere songtekst uit het bestand en doe precies hetzelfde bij dit lied, let op: Het moet een Nederlandse vertaling van een liedje zijn.

Om het af te sluiten...

Woensdag gaan we weer zelf aan de slag met een verhaal en kijken we de toets uit de toetsweek na.