Nederlands 6-1-2021 Corona

Nederlands 6-1-2021
Aanwezig:
Mohammad, Tamas, Celina, Dirk, Samier, Sebastian, Meron
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Nederlands 6-1-2021
Aanwezig:
Mohammad, Tamas, Celina, Dirk, Samier, Sebastian, Meron

Slide 1 - Tekstslide

Nederlands 6-1-2021
Wat gaan we vandaag doen:
Nakijken de opdrachten van gisteren
Verder met de oefenstof voltooid deelwoord

Slide 2 - Tekstslide

Nederlands 6-1-2021
Waar kan een voltooid deelwoord mee beginnen?
ge, ver, her, er, be, ont

Waar eindigt een voltooid deelwoord mee?
d , t,  en

Slide 3 - Tekstslide

Nederlands 6-1-2021
Hulp werkwoord
deze helpt een ander werkwoord in de zin

Veel voorkomende werkwoorden zijn:
hebben, zijn, worden, kunnen, mogen, zullen, willen, moeten

Slide 4 - Tekstslide

Nederlands 6-1-2021
Nakijken opdrachten 8 en 9
Pak je spullen erbij 

Slide 5 - Tekstslide

Nederlands 6-1-2021
Om een voltooid deelwoord te maken moet je weten of het een zwak of sterk werkwoord is.

Zwakke werkwoorden; veranderen niet van klank
Sterke werkwoorden; veranderen van klank

Slide 6 - Tekstslide

Nederlands 6-1-2021
Als de verleden tijd van een zwak werkwoord op de(n) eindigt dan eindigt het voltooid deelwoord altijd op een d

Voorbeeld:
Branden       Ik brandde     ik heb gebrand

Slide 7 - Tekstslide

Nederlands 6-1-2021
Als de verleden tijd van een werkwoord op te(n) eindigt dan eindigt het voltooid deelwoord altijd op een t

Voorbeeld:
Maken        Ik maakte    ik heb gemaakt

Slide 8 - Tekstslide

Nederlands 6-1-2021
T a X i K o F S C H i P
Kun je gebruiken als je niet zeker weet of een werkwoord eidigt op een T of een D. 
Als de stam van een werkwoord eindigt op één van de medeklinkers uit het T a X i K o F S C H iP dan eindigt het voltooid deelwoord op een T

Slide 9 - Tekstslide

Nederlands 6-1-2021
Stappenplan T a X i K o F S C H i P
1) Neem het hele werkwoord en haal daar EN vanaf.
2) Is de laatste letter een T, X, K. F, S, C,H, P dan komt er altijd TE(N) achter
3) Is de laatste letter geen T, X, K. F, S, C, H, P dan komt er altijd DE(N) achter

Slide 10 - Tekstslide

Nederlands 6-1-2021
Voorbeeld:
Draven
stap 1) -en ervan afhalen   drav
Stap 2) kijk of de laatste letter in het T, X, K. F, S, CH, P is. 
Nee want de laatste letter is een v. 
stap 3) De verleden tijd eindigt DE(N)

Slide 11 - Tekstslide

Nederlands 6-1-2021
Huiswerk:

Maken opdracht 10,11,12,13
Vanaf bladzijde 221

Inleveren vandaag voor 17.00 uur d.m.v. foto via de app/mail.
Volgende week dinsdag meenemen naar de les zodat meester ferry dit kan nakijken met jullie. 

Slide 12 - Tekstslide