Meten en meetkunde omrekenen gewicht

Meten en meetkunde 
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 1,2,4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Meten en meetkunde 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar 
       
       Pak je Chromebook/ laptop voor je
       Start je Chromebook/ laptop op
       Log in op www.lessonup.app 
       Stop je telefoon in je tas of in je jas
      
timer
2:30

Slide 2 - Tekstslide

De docent geeft altijd het goede voorbeeld en positioneert zichzelf bovenaan de schoolladder op zowel kennis, vocabulaire als attitude. Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen, noemt namen, maakt een praatje en besteed aandacht aan het welbevinden van de leerlingen. De leerlingen zitten startklaar met bijvoorbeeld spullen voor zich en zijn ingelogd in LessonUp of een vergelijkbaar digitaal leermiddel. De docent eist 100% aandacht voordat hij start met de les en spreekt verwachtingen uit die specifiek, concreet, samenhangend en waarneembaar zijn geformuleerd.
Inhoud van de les
Startopdracht
Voorkennis activeren
Instructie / Theorie
Aan de slag
Afsluiting
Exit ticket

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht
Goed of fout? Schrijf alleen de foute antwoorden
op!
9 m   = 9000 cm               18000 m = 18 km
5 km = 5000 m                 3000 hm = 30 km
3 cm = 30 mm                  26 km     = 260000 dm
5 hm = 500 dam               18 m       = 1,8 km

timer
3:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar gebruik je gram en kilogram voor?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van de les kan ik...
  • maten omrekenen van miligram naar gram,
     kilogram en andersom.
     A: maten omrekenen met een kommageta
     B+C: maten omrekenen met nullen erbij en eraf

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf het 
trappetje
over op je
blaadje.
timer
2:00

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Theorie 
Het trappetje van gewicht werkt hetzelfde als het trappetje van lengte. Naar beneden betekent een nul erbij (komma naar rechts), naar boven betekent een nul eraf (komma naar links). 
Let op: bij gewicht gebruik je meestal maar 3 eenheden: kilogram (kilo), gram en miligram.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Omrekenen
Van kg naar g zijn
3 stapjes.
Van g naar mg zijn
ook 3 stapjes.
Dus: 3 nullen, of 3
keer de komma
verplaatsen.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dus...
1kg = 1000g en 1000 g = 1kg
1g = 1000mg en 1000mg = 1g

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebruik je om een persoon te wegen?
A
kilogram (kg)
B
miligram (mg)
C
liter (l)
D
gram (g)

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebruik je om een veer te wegen?
A
kilogram
B
milligram
C
liter
D
gram

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebruik je om suiker af te wegen voor een recept?
A
kilogram
B
miligram
C
liter
D
gram

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1 kg = 1000 g
8 kg = .........g ?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1 kg = 1000 g
4 kg = .........g ?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1 kg = 1000 g
24 kg = .............g ?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1 g = 1000 mg
45 g = ............. mg?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

87.000 g = ............. kg ?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

32000 mg = ............. g ?

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef een voorbeeld van een som die jij hebt verbeterd. Type de som in met het goede antwoord.

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

BEGRIPPEN VAN DEZE LES
gewicht
wegen
kilogram
gram
miligram

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je deze les geleerd over meten met gewicht?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zou je hierna graag willen leren over meten?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies