TWIXX Week 1 _M@-GZ Begeleiden van zorgvragers met kanker (VP)

TWIXX 

Week 1

 _M@-GZ Begeleiden van zorgvragers met kanker (VP)







2024/2025
Verpleegkunde
Leerjaar 2 
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

TWIXX 

Week 1

 _M@-GZ Begeleiden van zorgvragers met kanker (VP)







2024/2025
Verpleegkunde
Leerjaar 2 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen vandaag
Aan het einde van deze les weet je:
- Hoe gezwellen ontstaan, wat de gevoeligheid van weefsels vergroot, ken je de belangrijkste eigenschappen van gezwellen (benigne, maligne)
- Wat de meestvoorkomende behandelingen zijn (chirurgisch, radiotherapie, chemotherapie,
hormonale therapie,immunotherapie en monoklonale antilichamen)
- Kun je iets vertellen over preventie en opsporing

Slide 2 - Tekstslide

Kanker, het raakt iedereen
Bron: IKNL via 
https://nkr-cijfers.iknl.nl/viewer/incidentie-per-jaar?language=nl_NL&viewerId=2450a74f-9dfa-4c43-a3bd-a7c649c5d695

Slide 3 - Tekstslide

Gemiddelde overleving bij kanker 

Van alle mensen met kanker is de overleving 1 jaar na de diagnose gemiddeld bijna 80%. 
Bij 5 jaar na de diagnose is ongeveer 65% van de mensen met de diagnose kanker nog in leven. De overleving na 10 jaar is 59%.


Bron: https://www.kanker.nl/algemene-onderwerpen/cijfers-over-kanker/uitleg-cijfers-over-kanker/overleving-van-kanker#:~:text=Van%20alle%20mensen%20met%20kanker,na%2010%20jaar%20is%2059%25.


Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Wat roept het woord kanker bij jou op?

Slide 6 - Woordweb

Kanker kort uitgelegd 
Oncologie
Tumor = gezwel 
Goedaardig (Benigne) 
Kwaardaardig (Maligne)




Slide 7 - Tekstslide

Risicofactoren
Leeftijd
Geërfd DNA
Infecties ( bijv. HPV)
UV-straling en ioniserende straling
Kankerverwekkende chemicaliën
Overgewicht.

Slide 8 - Tekstslide

Alarmsymptomen
Blijvende hoest, soms met ophoesten van bloed en slijm;
Slikproblemen;
Moedervlekken die er afwijkend uitzien;
Een schilferend plekje op de huid;
Een knobbeltje ergens in het lichaam;
Ongewoon vaginaal bloedverlies (vrouwen) of zaadbalklachten (mannen);
Problemen bij of veranderingen van de ontlasting;
Problemen of veranderingen bij het plassen;
Gewichtsverlies zonder aanleiding.
LETOP: De meeste mensen met deze klachten hebben geen kanker, maar het is vaak reden tot onderzoek of het kanker is. 

Slide 9 - Tekstslide

de meeste mensen met kanker hebben eerst meer algemene klachten, zoals 
Chronische vermoeidheid;
Overgeven/misselijkheid/minder eetlust;
Bleekheid;
Pijn;
Terugkerende infecties door een verzwakt afweersysteem.

Slide 10 - Tekstslide

Er zijn veel verschillende onderzoeken


Er volgt een sleepvraag.......................

Slide 11 - Tekstslide

Palpatie
 Röntgenfoto
Echografie
CT-scan
MRI-scan
PET-scan
Endoscopie 
Cytologisch en histologisch onderzoek
Een zwelling wordt afgetast door de onderzoeker. Hierbij let men op de locatie, grootte, vorm, consistentie en pijn.
Met behulp van röntgenstraling worden de inwendige organen zichtbaar gemaakt
Door geluidsgolven worden  organen zichtbaar op een scherm
Organen of weefsels worden in plakjes afgebeeld door middel van röntgenstraling,
Met behulp van radiogolven en een sterke magneet worden afbeeldingen van de organen gemaakt. 
Radioactieve suiker maakt  kankercellen en eventueel aanwezige uitzaaiingen in het lichaam  zichtbaar.
Flexibele slang met een cameraatje wordt via de mond, anus of plasbuis ingebracht,  waardoor inwendige organen kunnen worden bekeken
De patholoog bekijkt onder de microscoop de cellen en/of weefsels  en beoordeeld of er sprake is van kanker.

Slide 12 - Sleepvraag

Doel van de behandeling
De precieze behandeling van kanker en de genezingskans per zorgvrager is afhankelijk:
  • De soort kanker
  • Het (TNM-)stadium waarin de kanker zich bevindt
  • Of er uitzaaiingen zijn 
  • De conditie van de zorgvrager

  • Curatieve behandeling 
  • Adjuvante behandeling 
  • Neo-adjuvante behandeling ; bijv een tumor wordt eerst bestraald om hem kleiner te maken, zodat hij chirurgisch makkelijker te verwijderen is. 
  • Palliatieve behandeling 

Slide 13 - Tekstslide

Behandelmethoden
Lees de meest voorkomende behandelmethoden op de volgende slide en zoek in 2-tallen uit wat het inhoudt -> schrijf het op want.....

Daarna volgt een quizje...

Slide 14 - Tekstslide

....
  • Chirurgie 
  • Radiotherapie
  • Chemotherapie (cytostatica)
  • Hormoontherapie 
  • Immunotherapie
  • Stamceltransplantatie 
timer
15:00

Slide 15 - Tekstslide

Welke van onderstaande specialismen geeft een snijdend specialisme aan
A
chirurgie
B
oncologie
C
neurologie
D
gynaecologie

Slide 16 - Quizvraag

Wat denken jullie dat radiotherapie inhoudt?
A
Het bestralen van mensen met kanker
B
Medicamenteuze behandeling van mensen met kanker
C
Opereren van mensen met kanker
D
Het verzorgen van mensen met kanker

Slide 17 - Quizvraag

Hoe lang duurt een behandeling bij radiotherapie?
A
één tot twee uur
B
een middag
C
een paar minuten
D
een hele dag

Slide 18 - Quizvraag

Radiotherapie en een operatie kunnen worden gebruikt als
(er zijn meerdere antwoorden mogelijk)
A
Preventieve behandeling
B
palliatieve behandeling
C
curatieve behandeling
D
terminale behandeling

Slide 19 - Quizvraag

wat is chemotherapie?
A
Behandeling met medicijnen
B
Behandeling met hormonen
C
Behandeling met straling
D
Behandeling met gerichte medicijnen

Slide 20 - Quizvraag

wat zijn die bijwerkingen van chemotherapie
A
Misselijkheid, haaruitval, remming van bloedaanmaak
B
haaruitval, obstipatie, remming van bloedaanmaak
C
veel eetlust, diarree, ontstekingen in de extremiteiten
D
haaruitval, misselijkheid, hallucinaties

Slide 21 - Quizvraag

Welke van de volgende kankersoorten wordt vaak behandeld met hormoontherapie?

A
Longkanker
B
Darmkanker
C
Borstkanker
D
Alvleesklierkanker

Slide 22 - Quizvraag

Wat behoort niet tot de klachten na een hormoontherapie
A
botontkalking
B
pijnklachten
C
gewichtstoename
D
onvruchtbaarheid

Slide 23 - Quizvraag

Wat doet immunotherapie
A
Maakt meer wittebloedcellen aan
B
verhelpt pijnklachten
C
Voorkomt allergische reacties van de chemobehandeling
D
Versterkt het immuunsysteem

Slide 24 - Quizvraag

Door immunotherapie wordt de zorgvrager immuun voor ziekteverwekkers.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Video

Wat wordt er in Nederland gedaan aan vroegtijdige opsporing van kanker?

Slide 27 - Open vraag

Dit waren de lesdoelen
Aan het einde van deze les weet je:
- Hoe gezwellen ontstaan, wat de gevoeligheid van weefsels vergroot, ken je de belangrijkste eigenschappen van gezwellen (benigne, maligne)
- Wat de meestvoorkomende behandelingen zijn (chirurgisch, radiotherapie, chemotherapie,
hormonale therapie,immunotherapie en monoklonale antilichamen)
- Kun je iets vertellen over preventie en opsporing

Slide 28 - Tekstslide

Behaald? Of nog vragen?

Slide 29 - Open vraag

Uitchecken , zo ga ik naar huis na deze les.
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll

Volgende week
  • Gevolgen van de kankerbehandeling
  • Paramedische hulpverlening
  • Ondersteuning bij klachten



Slide 31 - Tekstslide