SchrijfexamenDoelgroepTekstdoel221AH

GELUKKIG NIEUWJAAR!
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

GELUKKIG NIEUWJAAR!

Slide 1 - Tekstslide

Deze les: TAALGEBRUIK
  1. Schrijfexamen: uitleg
  2. Uitleg taalregisters
  3. Formeel en informeel taalgebruik
  4. Schrijfoefeningen taalregister
  5. Taalgebruik en tekstdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Lesdoelen:
  1. Je kunt uitleggen wat we bedoelen met taalregisters.
  2. Je hebt meer inzicht in welke woorden bij een bepaald taalregister passen. 
  3. Je kunt een korte tekst én een e-mail schrijven met woorden uit een bepaald register.
  4. Je kunt de 7 tekstdoelen koppelen aan bepaald taalgebruik

Slide 7 - Tekstslide

Waarom is het nodig om van tevoren je schrijfdoel, doelgroep, taalgebruik en de voorkennis van je doelgroep vast te stellen?

Slide 8 - Open vraag

Taalgebruik
Hoe weet je nu welk taalgebruik je moet toepassen als je een brief schrijft? 

Daarvoor gebruikt je brein verschillende taalregisters.

Wat zijn taalregisters?
Wat is formeel taalgebruik en wat is informeel taalgebruik?

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Formeel taalgebruik

Slide 11 - Woordweb

Informeel taalgebruik

Slide 12 - Woordweb

Maak kennis met ... 

Sil

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht
  1. Schrijf een kort bericht naar meneer Van Regteren en schrijf een kort bericht naar buurman John. Je wilt een feest geven en je vraagt om toestemming.
  2. Gebruik een passend taalregister.
  3. Zet de berichten in een mail en mail ze naar mij toe.
  4. Na tien minuten vraag ik een aantal om hun korte bericht voor te lezen.
timer
10:00

Slide 15 - Tekstslide

Tekstdoelen

Slide 16 - Woordweb

Doel -> Taalgebruik
Bij elk doel hoort ook een bepaald taalgebruik.
Bijvoorbeeld, instrueren: 
gebiedende wijs
signaalwoorden


Slide 17 - Tekstslide

Zelfstandig aan de slag
Maken: opdr. 5 + 6 (Starttaalleerwerkboek 3F, deel A, blz. 66 e.v.)
én
Bedenk bij de 7 tekstdoelen welk taalgebruik hierbij zou kunnen horen. Schrijf dit op, zodat je over 20 minuten mee kan doen in het klassengesprek hierover.



timer
20:00

Slide 18 - Tekstslide

Nakijken en bespreken
Nakijken: opdr. 5 + 6 (Starttaalleerwerkboek 3F, deel A, blz. 66 e.v.)
Bespreken:
Welk taalgebruik hoort bij welk tekstdoel?

Slide 19 - Tekstslide

Lesdoelen bereikt?
  1. Ik kan uitleggen wat we bedoelen met taalregisters.
  2. Ik heb meer inzicht in welke woorden bij een bepaald taalregister passen. 
  3. Ik heb een korte tekst én een e-mail geschreven met woorden uit een bepaald register.
  4. Je kunt de 7 tekstdoelen koppelen aan bepaald taalgebruik

Slide 20 - Tekstslide