2. In samenstellingen met letters, afkortingen, cijfers en andere tekens.
Zonder streepje zijn deze samenstellingen niet goed te lezen.
Voorbeeld: S-bocht, NS-station, tv-kijker, vmbo-leerling, 20+-kaas, mp4-speler
3. Na de voorvoegsels: adjunct-, aspirant-, leerling-, ex-, niet-, non-, oud Voorbeeld: niet-roker, aspirant-lid, leerling-kok, ex-vriend
Let op: na anti plaats je nooit een koppelteken!
Voorbeeld: antirookbeleid, antiabortusdemonstratie