Les 10: Mengsels

H1 Stoffen en mengsels
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H1 Stoffen en mengsels

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze les:

  • nakijken 1.3 opdr 4 t/m 9
  • Terugblik 1.3 Zuivere stoffen en mengsels
  • inleiding 1.4 Mengsels
  • maken 1.4 opdr 1 t/m 13
1.4 Mengsels

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

nakijken opdr 4 t/m 9
blz 31
1.3 Zuivere stoffen en mengsels

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

nakijken opdr 4 t/m 9
1.3 Zuivere stoffen en mengsels

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

nakijken opdr 4 t/m 9
1.3 Zuivere stoffen en mengsels

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

nakijken opdr 4 t/m 9
1.3 Zuivere stoffen en mengsels

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

nakijken opdr 4 t/m 9
1.3 Zuivere stoffen en mengsels

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

nakijken opdr 4 t/m 9
1.3 Zuivere stoffen en mengsels

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

nakijken opdr 4 t/m 9
1.3 Zuivere stoffen en mengsels

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

nakijken opdr 4 t/m 9
1.3 Zuivere stoffen en mengsels

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TERUGBLIK 
1.3 ZUIVER STOFFEN EN MENGSELS
1.3 Zuivere stoffen en mengsels

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Drie zuivere stoffen zijn:
A
keukenzout, azijn en zeewater
B
lucht, koper en alcohol
C
zilver, wijn en benzine
D
zuurstof, suiker en lood

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Als je twee zuivere stoffen mengt dan krijg je een:
A
Mengsel
B
Zuivere stof

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Een mengsel heeft een:
A
smelttraject
B
smeltpunt

Slide 14 - Quizvraag

1a
wijn voorbeeld
zuiverestof

Sleep de stoffen naar de juiste plek
Zuivere stof
Mengsel
Kraanwater
gedestilleerd water
Keukenzout
Lucht
Melk
Limonade
butaan
glucose

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ken je de faseovergangen nog?
verdampen
condenseren
stollen
smelten
rijpen
vervluchtigen
/ sublimeren

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

EINDE TERUGBLIK 
1.3 ZUIVER STOFFEN EN MENGSELS
1.3 Zuivere stoffen en mengsels

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.4 MENGSELS
1.3 Zuivere stoffen en mengsels

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Ik kan het verschil uitleggen tussen een oplossing, suspensie en een emulsie. (R)

1.4 Mengsels
Ik kan herkennen of een stof een oplossing, suspensie of emulsie is en een aantal voorbeelden noemen.(I)

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten mengsels
Lucht bevast verschillende stoffen. Lucht is een mensgel van voornamelijk stikstofgas en zuurstofgas, maar ook uit waterdamp en koolstofdioxide.

1.4 Mengsels

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten mengsels
Lucht bevast verschillende stoffen. Lucht is een mensgel van voornamelijk stikstofgas en zuurstofgas, maar ook uit waterdamp en koolstofdioxide.
Voorbeelden van mengels zijn:
  • Thee, chocolademelk, frisdrank, mayonaise.



1.4 Mengsels

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten mengsels
Lucht bevast verschillende stoffen. Lucht is een mensgel van voornamelijk stikstofgas en zuurstofgas, maar ook uit waterdamp en koolstofdioxide.
Voorbeelden van mengels zijn:
  • Thee, chocolademelk, frisdrank, mayonaise.

Je kunt drie soorten mengsels onderscheiden die vloeibaar zijn:
  1. oplossingen
  2. suspensies
  3. emulsies

1.4 Mengsels

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oplossingen
Een oplossing is een heldere, soms gekleurde vloeistof, waarin een of meerdere stoffen zijn opgelost.
De stof die je oplost kan vast, vloeibaar of gas zijn.

1.4 Mengsels

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oplossingen
Een oplossing is een heldere, soms gekleurde vloeistof, waarin een of meerdere stoffen zijn opgelost.
De stof die je oplost kan vast, vloeibaar of gas zijn.
  • In frisdranken zit meestal de vaste stof suiker opgelost.

1.4 Mengsels

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oplossingen
Een oplossing is een heldere, soms gekleurde vloeistof, waarin een of meerdere stoffen zijn opgelost.
De stof die je oplost kan vast, vloeibaar of gas zijn.
  • In frisdranken zit meestal de vaste stof suiker opgelost.
  • In parfum zijn geurstoffen opgelost.
  • In bier en wijn is de vloeistof alcohol opgelost.

1.4 Mengsels

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Suspensies
Een suspensie is een troebel mengsel van een fijn verdeelde vaste stof die zweeft in een vloeistof.
  • De korreltjes zijn fijn verdeeld, maar je kunt ze nog zien.
  • Je kunt niet door een suspensie heen kijken.
  • Meestal zakt de zwevende deeltjes na enige tijd naar beneden, dat noemen we bezinken.
  • Suspensies moet je schudden voor gebruik.


1.4 Mengsels

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Suspensies
Een suspensie is een troebel mengsel van een fijn verdeelde vaste stof die zweeft in een vloeistof.
  • De korreltjes zijn fijn verdeeld, maar je kunt ze nog zien.
  • Je kunt niet door een suspensie heen kijken.
  • Meestal zakt de zwevende deeltjes na enige tijd naar beneden, dat noemen we bezinken.
  • Suspensies moet je schudden voor gebruik.
  • Voorbeelden zijn: chocolademelk, sinaasappelsap en verf.


1.4 Mengsels

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Emulsies
Een emulsie is een troebel mengsels van vloeistoffen, waarbij druppeltjes van de ene vloeistof zweven in de andere.
  • Olie en water zijn beide vloeistoffen.
  • Olie lost niet op in water.
  • Als je olie mengt met water, komen er kleine oliedruppeltjes fijn verdeeld in het water te zitten.


1.4 Mengsels

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Emulsies
Een emulsie heeft de neiging om spontaan te ontmengen. Dan ontstaan er twee lagen. De vloeistof met de kleinste dichtheid bovenop.
  • Mayonaise is een emulsie.
  • In mayonaise zit een stof die het ontmengen tegengaat.
  • Zo'n stof noemen we een emulgator.
  • De emulgator in mayonaise is eigeel.
  • Ook zeep werkt als een emulgator.
  • Andere voorbeelden van emulsies zijn: melk, halvarine en reinigingscremes.



1.4 Mengsels

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oplosmiddel
Een oplosmiddel is een vloeistof waarin je andere stoffen kunt oplossen. Water is een goedkope en ongevaarlijke vloeistof, waarin je veel stoffen kunt oplossen.
  • Water is niet voor alle stoffen een geschikt oplosmiddel.
  • Vet en olie lossen niet op in water, dan moet je andere oplosmiddelen gebruiken.
  • Bekende oplosmiddelen voor vet en olie zijn wasbenzine, terpentine, alcohol od aceton (nagellakremover).



1.4 Mengsels

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oplosmiddel
Een oplosmiddel is een vloeistof waarin je andere stoffen kunt oplossen. Water is een goedkope en ongevaarlijke vloeistof, waarin je veel stoffen kunt oplossen.
  • Water is niet voor alle stoffen een geschikt oplosmiddel.
  • Vet en olie lossen niet op in water, dan moet je andere oplosmiddelen gebruiken.
  • Bekende oplosmiddelen voor vet en olie zijn wasbenzine, terpentine, alcohol of aceton (nagellakremover).



1.4 Mengsels

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

AAN DE SLAG en HUISWERK

  • Lezen 1.4 Mengsels
  • maken 1.4 opdr 1 t/m 13
  • Leren 1.1 Stofeigenschappen
  • Leren 1.2 Fasen en faseovergangen
  • Leren 1.3 Zuivere stoffen en mengsels
1.4 Mengsels

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies