Boekopdracht 2

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Uiteenzetting
Een informatieve, objectieve tekst.
Doel: informeren of uiteenzetten.

Informeren: de lezer ergens van op de hoogte brengen (nieuwbericht)
Uiteenzetten: iets verklaren of uitleggen (schoolboektekst)

Slide 2 - Tekstslide

Informatieve teksten
Bevat veel feitelijke informatie over het onderwerp.
Bevat geen mening van de schrijver.
Is controleerbaar.

Slide 3 - Tekstslide

Boekopdracht 2
Schrijf een uiteenzetting over jouw tweede boek.
Het doel is dus uiteenzetten.
Je gaat je boek uitleggen/verklaren. 

Slide 4 - Tekstslide

Opbouw uiteenzetting
  • Titel.
  • Inleiding: introduceer het onderwerp en maak de lezer nieuwsgierig.
  • Middenstuk: hier werk je de deelonderwerpen uit in alinea's.
  • Slot: hier rond je de uiteenzetting af.

Slide 5 - Tekstslide

Inleiding
  • Introduceer het onderwerp. Dus voor de boekopdracht in elk geval titel, schrijver.
  • Trek de aandacht, maak de lezer nieuwsgierig.

Slide 6 - Tekstslide

Middenstuk
Werk de deelonderwerpen uit in verschillende alinea's. 
De deelonderwerpen zijn:
  • Personages (hoofdpersoon en bijpersonen + opdracht)
  • Realistisch of niet-realistisch? Leg uit waarom.
  • De ruimte van het verhaal, dus plaats, tijd.
  • Minimaal twee manier die de schrijver gebruikt om het verhaal spannend te maken.(spanningsstrategieën) 

Slide 7 - Tekstslide

Middenstuk
De deelonderwerpen verdeel je in alinea's.
Dus: een kernzin met de belangrijkste informatie EN een uitleg, uitwerking en/of voorbeelden.
Bijvoorbeeld: Dit boek behoort tot het genre science-fiction, het verhaal is niet-realistisch. De hoofdpersoon wordt bijvoorbeeld ontvoerd door aliens. Deze aliens hersenspoelen hem en plaatsen vervolgens een chip in  zijn brein, waardoor de hoofdpersoon de aliens kan verstaan.

Slide 8 - Tekstslide

Bijvoorbeeld
Dit verhaal is niet-realistisch, de hoofdpersoon maakt dingen mee die in het echte leven niet kunnen. De hoofdpersoon wordt bijvoorbeeld ontvoerd door aliens. Deze aliens hersenspoelen hem en plaatsen vervolgens een chip in  zijn brein, waardoor de hoofdpersoon de aliens kan verstaan. Dit is iets wat in het echte leven niet voorkomt en daarom is dit verhaal niet-realistisch.

Slide 9 - Tekstslide

Slot
Sluit af met een conclusie, samenvatting, toekomstverwachting of advies EN een uitsmijter.

Let op:
 De conclusie of samenvatting formuleer je anders dan in het middenstuk.

Slide 10 - Tekstslide

Belangrijk
  • De uiteenzetting heeft een titel.
  • Het doel van de uiteenzetting voor boekopdracht 2 is uiteenzetten.
  • De uiteenzetting is objectief en bevat geen mening van de schrijver.
  • Inleiding - kern/middenstuk - slot zijn geen tussenkopjes! 

Slide 11 - Tekstslide

Klaar?
Pak je boek en ga lezen
of
ga iets doen voor een ander vak.

Slide 12 - Tekstslide