In deze les zitten 29 slides, met tekstslides en 4 videos.
Wat gaan we doen?
Doel van de inleiding:
De lezer nieuwsgierig maken én je onderwerp introduceren
Voorbeelden:
WELKE ALINEA IS OP DE JUISTE MANIER GESCHREVEN?
Klimaatverandering is een van de grootste bedreigingen voor de natuur.
IJskappen smelten en woestijnen rukken op.
Het zeeniveau is de afgelopen honderd jaar vijfentwintig centimeter gestegen.
In sommige gebieden hebben planten en dieren niet genieg tijd zich aan te passen.
_________________________________________________________________________
Klimaatverandering is een van de grootste bedreigingen voor de natuur. IJskappen smelten en woestijnen rukken op. Het zeeniveau is de afgelopen honderd jaar vijfentwintig centimeter gestegen. In sommige gebieden hebben planten en dieren niet genoeg tijd zich aan te passen.
Voorbeelden:
Wat hebben we nu:
Informeren, overtuigen, opiniëren
4 Havo: Uiteenzetting (informeren) en Betoog (overtuigen)
5 Havo: Beschouwing (opiniëren)
“Informerende teksten worden bijvoorbeeld geschreven om iets uit te leggen, om verslag te doen over wat er gebeurd is of om instructies te geven.”
Wat is dan belangrijk?
Wat is dan gemakkelijk of juist moeilijk?
De uiteenzetting
- Objectief
- Veel feiten
- Uitleggen
De uiteenzetting
Hoofdgedachte:
Formuleer je hoofdgedachte in een constatering.
Tekststructuren:
Kies een geschikte tekststructuur:
Vraag/antwoordstructuur
Verklaringsstructuur
Aspectenstructuur
Verleden/ heden/ toekomststructuur