EDI 1

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 1-8

Wat maakt een les een goede les?

Instructie en modellen is niet hetzelfde

1. waar
2. niet waar

Directe instructie kan het beste worden ingezet in groep 3 t/m 8

1. waar
2. niet waar

Directe instructie bevat de lesfasen: activeren voorkennis, lesdoel, instructie, begeleide inoefening, kleine lesafsluiting, zelfstandige verwerking en verlengde instructie

1. waar
2. niet waar

Leerlingen kunnen tijdens de les niet allemaal actief bezig zijn

1. Waar
2. Niet waar

Willekeurig beurten geven is niet verstandig

1. Waar
2. Niet waar

Het groeperen van leerlingen op kennis/begrip is niet helpend tijdens de instructie en begeleide inoefening

1. Waar
2. Niet waar

Tijdens de les let je ALLEEN op het vakgebied waarin je lesgeeft

1. Waar
2. Niet waar

Zowel een sterke leerling als een leerkracht kunnen modellen tijdens de instructie

1. Waar
2. Niet waar

Een leerkracht stelt veel begripsvragen tijdens een les

1. waar
2. niet waar

Je stelt pas inhoudelijke vragen na instructie / modellen

1. Waar
2. Niet waar

Je checkt bij minimaal 5 willekeurige leerlingen of de klas iets voldoende begrijpt

1. Waar
2. Niet waar

Als je achtereenvolgens van 2 willekeurige leerlingen een fout antwoord krijgt na de instructie, geef je opnieuw klassikale instructie

1. Waar
2. niet waar

Na 3 keer herhalen wordt de leerstof bij 80% van de leerlingen gekend

1. Waar
2. Niet waar

Bij het activeren van voorkennis speelt het werkgeheugen geen rol

1. Waar
2. Niet waar

Moeilijke en onbekend woorden ga je uit de weg bij de instructie

1. Waar
2. Niet waar

Leerdoelen en lesdoelen zijn niet hetzelfde

1. Waar
2. Niet waar

Aanbodsdoelen en cruciale doelen zijn hetzelfde

1. Waar
2. Niet waar

Een les heeft maximaal 2 lesdoelen

1. Waar
2. Niet waar