2.7 Eencellige organismen

Thema 2: Organen en cellen
7: Eencellige organismen
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 2: Organen en cellen
7: Eencellige organismen

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel 2.7 Eencellige organismen
Aan het einde van de les kan je..

...Uitleggen dat organismen kunnen bestaan uit één cel met daarin één voorbeeld.

Slide 2 - Tekstslide

Eencellig

Er bestaan dierlijke organismes die maar uit 1 cel bestaan.

Dit zijn eencellige organismes
Voorbeelden : amoebe en pantoffeldiertje

Slide 3 - Tekstslide

Eencellige?
  • Mensen bestaan uit heel veel cellen.
  • Er zijn ook organismen die uit 1 cel bestaan → eencelligen.
  • Eencelligen hebben alle levenskenmerken!
  • De cel kan dus ademhalen, voeden, uitscheiden, waarnemen, bewegen, voortplanten en groeien.
  • amoebe en het pantoffeldiertje.

Slide 4 - Tekstslide

Amoebe
Een amoebe heeft een celmembraam en een celkern. Hij is een soort eencellige dier.

De amoebe beweegt door het cytoplasma te verplaatsen in zijn schijnvoetje. de inhoudt van de amoebe verplaats zich zo.

Slide 5 - Tekstslide

0

Slide 6 - Video

Amoebe
  • Beweegt met schijnvoetjes (pseudopodia).
  • Amoeben eten bacteriën (door ze te omsluiten).
  • Vertering gebeurt in de voedingsvacuole (tijdelijke maag)

Slide 7 - Tekstslide

Pantoffeldiertje
Ook het pantoffeldiertje heeft een celmembraam en een celkern

Aan de buitenkant van het pantoffeldiertje zitten trilharen. Deze trillen in een golfbeweging door de vloeistof heen en zo beweegt hij.

Slide 8 - Tekstslide

Bouw

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Aan de slag! Thema 2.7
Wat?  Lezen: blz. 120 Maken: blz. 123: Vragen 1-2
Samenhang maken blz. 113

Hoe?   Je mag fluisteren met je buur.
Hulp?  Vragen aan je buur of de docent.
Klaar? 
               



timer
10:00

Slide 11 - Tekstslide