Crisis H3 - structuur

1 (slecht) tot 10 (prima) hoe gaat het met de berekening uit H3?
1 / 11
volgende
Slide 1: Woordweb
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

1 (slecht) tot 10 (prima) hoe gaat het met de berekening uit H3?

Slide 1 - Woordweb

Overzicht
  • "structurele ontwikkeling" (structural development)
  • Structurele ontwikkeling betekend dat meer geproduceerd kan worden - met hoog en laag conjunctuur wordt meer of minder van de productiecapaciteit gebruikt (bezettingsgraad) 
  • Moet de economie altijd groeien?
  • Overzicht belangrijk concepten bij productie factoren - arbeid, kapitaal, natuur, en ondernemerschap
  • Zelfstandig werktijd (?)

Slide 2 - Tekstslide

Arbeid
  • arbeidsproductiviteit
  • participatiegraad
  • --> "underemployment" kan net zo belangrijk zijn als werkloosheid 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is één factor (niet in het boek) die de arbeidsparticipatie kan beperken?

Slide 4 - Open vraag

Kapitaal
  • uitbreidingsinvesteringen vs innovatie (opdracht 3.12)
  • innovatie geeft invloed op arbeidsproductiviteit maar ook relatieve kracht van arbeid en kapitaal
  • "creatieve destructie" (Shumpeter)
  • --> wie zijn de winnaars en de verliezers?
  • --> "from opportunity to imperative"

Slide 5 - Tekstslide

Waar heb je tijdens je leven "creatieve destructie" gezien?

Slide 6 - Open vraag

Natuur
  • Middelen die kunnen worden opgebruikt
  • Innovatie in relatie tussen natuurlijke hulpbronnen en productie

Slide 7 - Tekstslide

Is de natuur altijd de minst beschikbare productiefactor? Waarom of waarom niet?

Slide 8 - Open vraag

Ondernemerschap
  • De "gamechanger" is meestal innovatie, niet de eerste versie van een uitvinding
  • "punctuated equilibrium"

Slide 9 - Tekstslide

Zie je een nieuwe technologie of een nieuw proces dat een "gamechanger" zou kunnen worden? Hoe zo?

Slide 10 - Open vraag

Afsluiting
  • Structurele ontwikkeling is het proces waarbij de productiecapaciteit verandert naarmate productiefactoren zich ontwikkelen
  • Hoge en lage conjuncturen ontstaan wanneer meer of minder van de productiecapaciteit kan worden gebruikt
  • Deze processen vinden gelijktijdig plaats.  De economie is een complex systeem waarbij kleine veranderingen tot grote effecten kunnen leiden
  • Veranderingen in beschikbaarheid en kwaliteit van productiefactoren beïnvloeden zowel de structurele ontwikkeling als de conjunctuur 
  • Bij het overwegen van ontwikkeling is het belangrijk om te kijken naar hoe middelen worden gebruikt en ook wie wint en verliest wanneer middelen op een bepaalde manier worden gebruikt (d.w.z. relatieve arbeidskracht en kapitaal)
  • Theorieën over structurele ontwikkeling en conjunctuur gaan ervan uit dat een economie altijd zal / moet groeien, en hebben een simplistische kijk op Natuur
  • Ontwikkelingseconomie is een rijk vakgebied in de economie, waar wetenschappers grote meningsverschillen en concurrerende theorieën hebben

Slide 11 - Tekstslide