Samenvatting administratie

Samenvatting administratie
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Economie en OndernemenMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Samenvatting administratie

Slide 1 - Tekstslide

4.15 DPM (duurzaam productiemiddel) 
- Gaat langer dan een jaar mee, bv: auto, grond, bedrijfspand
- DPM behoren tot de INVENTARIS van een bedrijf, bv: kassa, kasten, bureaus etc. 
- DPM verwerk je, net als alle aankopen, in de boekhouding 
- Let op: bedrag ZONDER BTW is wat je boekt als waarde van het product onder 002 Inventaris. 
- Bedrag met BTW betaal je aan de crediteur 

Slide 2 - Tekstslide

4.16 Kosten van DPM 
- Onderhoudskosten: bijvoorbeeld olie of onderdeel van machine
- Rentekosten: Het geld dat je geleend hebt voor de aanschaf, daar betaal je rente over
- Afschrijvingskosten: DPM wordt minder waard. 
- (als je dit wegboekt onder 430 afschrijvingskosten, moet je dit ook wegboeken bij 002 Inventaris want die wordt ook minder waard) 

Slide 3 - Tekstslide

4.17 Geldstortingen van kas naar bank 
Winkelier heeft drie redenen om geld naar de bank te brengen:
1. Risico: op inbraak
2. Rente: krijg je rente over het bedrag dat op de bank staat
3. Ruimte: Als je in de winkel wilt houden, dan kost dat ruimte

Kasstaat voor opmaken van de bank: blz. 299 

Slide 4 - Tekstslide

Vervolg 4.17 
Wegboeken van Kas naar bank: 
 100 Kas
 129 Geld onderweg (tussenrekening) 
110 Bank 

Slide 5 - Tekstslide

4.18 Geldopname van bank naar kas
Geld pinnen van bankrekening voor kas 
Werkt net omgekeerd van kas naar bank, maar wel met 129 geld onderweg 

100 kas bij                                           129 geld onderweg af
129 geld onderweg bij                     110 Bank af
 

Slide 6 - Tekstslide

4.19 BTW voor bedrijven 
BTW: Belasting toegevoegde waarde
1. Klant betaalt BTW aan winkelier
2. Winkelier draagt dit af aan belastingdienst

1. Winkelier betaalt BTW aan leverancier (bij inkoop)
2. Belastingdienst geeft BTW terug aan winkelier 

Slide 7 - Tekstslide

Hoe boek je dat weg? 
180 Te vorderen BTW
181 Te betalen BTW 

Interne boeking doe je:
te betalen-te vorderen= 
Positief (af te dragen)
Negatief (Terug vragen) 

Slide 8 - Tekstslide

4.20 Winst berekenen

Slide 9 - Tekstslide

4.21 Bedrijfsprocessen en winst 
Hoe kan je meer winst maken? 
1. Omzet verhogen (meer verkopen, of verkoopprijs verhogen)
2. Inkoopwaarde verlagen (onderhandelen)
3. Bedrijfskosten verlagen (loonkosten, rentekosten, schoonmaakkosten etc verlagen) 

Slide 10 - Tekstslide

4.22 Prive 
Lening van eigenaar aan het bedrijf = Eigen vermogen 
Lening van externe partij aan bedrijf = Vreemd vermogen 

Geld inleggen van prive of opnemen doe je via:  041 Prive 

Zie verschillende opties op p. 311 en 312 

Slide 11 - Tekstslide

4.23 De Balans 

Slide 12 - Tekstslide

4.24 Eigen Vermogen
Totale vermogen = Eigen vermogen+ vreemd vermogen 
Credit = Eigen vermogen + vreemd vermogen 

Credit: 150.000 euro
Vreemd vermogen: 85.000 euro
Eigen vermogen: ??? 

Slide 13 - Tekstslide

Succes volgende week! 

Slide 14 - Tekstslide