419 - week 13

ZRGVEPL419AK
ZRGVEPL419AK
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 30 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

ZRGVEPL419AK
ZRGVEPL419AK

Slide 1 - Tekstslide

Voordat je verder gaat... 
lees onderstaande goed door!
  • Er wordt van zowel de studenten als de docenten op dit moment veel verwacht. Laten we elkaar helpen waar nodig en doen wat er van ons gevraagd wordt.
  • Probeer zoveel mogelijk bij te blijven met alle opdrachten en online oefeningen.
  • Bekijk alle filmpjes: dit is informatie die je nodig hebt.

Slide 2 - Tekstslide

Voordat je verder gaat... 
lees onderstaande goed door!
  • Werk eerst de hele LessonUp door, voordat je de opdrachten gaat maken.
  • Door middel van de rapportage kan ik zien welke student de LessonUp heeft bekeken en hoe lang daarvoor de tijd genomen is.
  • Voor alle oefeningen en deeltoetsen moet een voldoende gehaald worden.

Slide 3 - Tekstslide

Informatie

  • Ik ben altijd bereikbaar via de mail:
    -> bweerstand@rockopnh.nl      
  • Tijdens de reguliere les (zie rooster) ben ik bereikbaar via Skype voor vragen, uitleg en andere zaken. 
  • Het schema van de presenataties wordt opgeschoven.

Slide 4 - Tekstslide

Informatie
  • Planning wordt aangepast: onderwerpen en opdrachten blijven hetzelfde alleen in een andere volgorde dan nu staat aangegeven.
  • Per week ontvangen jullie een LessonUp met uitleg en huiswerk, deze nieuwe les wordt op zondag gedeeld.
  • Huiswerk wordt gemaakt, dit is niet vrijblijvend.
  • Controle via Starttaal Online.

Slide 5 - Tekstslide

Wat gaan jullie doen?

  • Iedereen gaat de komende weken hetzelfde boek lezen. 
  • Waarom? Omdat daar nu tijd voor is! 
  • De boektoets die aan het einde van het schooljaar gepland stond, verschuift nu naar het moment dat we allemaal weer op school aanwezig zijn.
  • Het boek wordt via een PDF-bestand verspreid en kan dus op de computer, laptop, Ipad of telefoon gelezen worden.

Slide 6 - Tekstslide

Welk boek gaan jullie lezen?

Slide 7 - Tekstslide

Rinkeldekink - Martine Bijl

Rinkeldekink' van Martine Bijl gaat over de hersenbloeding die zij kreeg in september 2015. Na haar langdurige herstel in een revalidatieoord, waar zij vrijwel alles opnieuw moest leren, bracht ze nog enkele maanden door in een ziekenhuis, waar ze behandeld werd voor depressie. Haar taalvermogen bleef onaangetast. Over therapeuten, over welzijnstaal, de valklas en de ergotherapie, over angsten en wanen, over hoe het voelt als iemand anders in je brein is gekropen en daar de boel dreigt over te nemen schrijft ze eerlijk, met wrange humor, zonder opsmuk en daardoor indrukwekkend.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Week 13      23-29 april
  • VIA Starttaal Online maken
    Let op: deze oefeningen maak je op 2F
    - Meervoudsvormen oefening 1,2,3 + deeltoets
    - Hoofdletters oefening 1,2,3 + deeltoets
  • LEZEN 

Slide 10 - Tekstslide

SPELLING
UITLEG MEERVOUD
Bekijk het volgende
filmpje

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Meervoud
Veel zelfstandige naamwoorden 
hebben een meervoud op -en.

  • Lamp -> lampen
  • Bord -> borden
  • Mes -> messen

Slide 13 - Tekstslide

Meervoud

Veel woorden die eindigen op -e

hebben 2 mogelijkheden in meervoud: -n en -s


seconde:           seconden en secondes

rente:          renten  en rentes

Slide 14 - Tekstslide

Meervoud 
Hoe maak je een meervoud?
  • -en achter het woord plakken. -> Lamp - lampen
  • Laatste letter verdubbelen.      -> Klas - klassen
  • Een e,a,o of u weghalen.         -> Schaar - scharen
  • Een -f veranderen in een -v.    -> Brief - brieven
  • Een -s veranderen in een -z    -> Huis - huizen

Slide 15 - Tekstslide

Hoe maak je een meervoud?
  • Een trema toevoegen bij -ee:      idee +en -> ideeën
  • Een trema toevoegen bij -ie:       knie +en -> knieën
  • -um vervangen door a:               gymnasium -> gymnasia
  • -us vervangen door i:                 historicus -> historici

Slide 16 - Tekstslide

Meervoud op -ie
Als het enkelvoud eindigt op -ie, 
dan maak je het meervoud met -ën of -n.

Knie  -> knieën
Bacterie -> bacteriën

Slide 17 - Tekstslide

Meervoud -s of -f

Zelfstandige naamwoorden die eindigen -s of -f

in het meervoud meestal:

 s -> z     f -> v

- voorbeeld: wen-> wensen          of  grens  -> grenzen   

- voorbeeld: fotograaf -> fotografen of  staaf  -> staven  


Slide 18 - Tekstslide

Meervoud op -s 
  • Alleen -s achter het woord zetten.
  • Soms moet je een apostrof voor de -s schrijven. Bij woorden die eindigen op a, o , u, i of y.
  • Bij afkortingen maak je het meervoud ook met een apostrof -s ('s). 
  • Woorden die eindigen op twee of meer klinkers, zet je alleen -s achter het woord. 

Slide 19 - Tekstslide

Meervoud op -ee
Als het enkelvoud eindigt op een -ee, 
dan maak je het meervoud -ën.

  • Zee -> zeeën
  • Idee -> ideeën

Slide 20 - Tekstslide

Meervoud op -a, -i, -o, -u, -y

In het meervoud + 's voor de goede uitspraak

- oma's        

- ski's           

- radio's           

- paraplu's

- baby's     

repetities, cafés, dictees, douches, cadeaus, etuis


Slide 21 - Tekstslide

Meervoud op -man

In het meervoud:  -lieden  of  -lui


- timmerman:   timmerlieden of timmerlui (timmermannen)

- zakenman:      zakenlieden of zakenlui (zakenmannen)


Slide 22 - Tekstslide

Meervoud
  • Woorden die eindigen op een onbeklemtoonde -ie krijgen een meervoud met -iën.

  • Woorden die eindigen op een beklemtoonde -ie krijgen een meervoud met -ieën.

Slide 23 - Tekstslide

MAKEN
Meervoudsvormen 2F
oefening 1,2,3
+ deeltoets

Slide 24 - Tekstslide

SPELLING
UITLEG HOOFDLETTERS
Bekijk het
volgende filmpje

Slide 25 - Tekstslide

0

Slide 26 - Video

WEL hoofdletters

- aan het begin van een zin

- bij namen: Kimberley, Feiya

- bij aardrijkskundige namen: Etten-Leur, Rucphen, Nederland

- bij woorden die afgeleid zijn van namen: Engels, Bredase

- bij straatnamen: Trivium, Stationsstraat, Parklaan

- bij merknamen van producten: Lays, Mercedes, Wicky

- bij namen van bedrijven: Praxis, Xenos, Lidl


Slide 27 - Tekstslide

GEEN hoofdletters

- bij namen van dagen: vrijdag, maandag, woensdag

- bij namen van maanden: januari, mei, juli

- bij namen van seizoenen: lente, zomer, herfst, winter

- bij namen van windstreken: noorden, zuiden, oosten

Slide 28 - Tekstslide

MAKEN
Hoofdletters 2F
oefening 1,2,3
+ deeltoets

Slide 29 - Tekstslide

Succes met het huiswerk en natuurlijk veel plezier met het lezen van het boek!


Slide 30 - Tekstslide