Communicatie, proeftoets periode 1

• Communicatie
• MBO
• Studiejaar 1

Communicatiequiz

Alles wat je aandacht geeft groeit

Wat is een voorbeeld van verbale communicatie?

1. Het geven van een schriftelijke toelichting
2. Een verkoopgesprek
3. Gebarentaal
4. Knipogen

Wat is geen vorm van non-verbale communicatie?

1. Onderuitgezakt in een stoel zitten.
2. Een mail naar studenten over de kerstmarkt.
3. Een cliënt die ja knikt om naar buiten te gaan.

Marieke, Anne, Janet, Alex en Bert zijn samen in gesprek over een cliënt. Wanneer meer mensen betrokken zijn bij een gesprek. Dan spreek je van tweezijdige communicatie.
Is dit juist of onjuist?

1. juist
2. onjuist

Wat is tweezijdige communicatie?

1. Vorm van communicatie waarbij de ontvanger direct kan reageren.
2. Vorm van communicatie waarbij iemand alleen gebruik maakt van verbale communicatie.
3. Vorm van communicatie waarbij de zender voor ruis zorgt

Wat is Empathisch communiceren?

1. Dat je op een bepaalde manier communiceert waarbij je kritisch mag zijn tegenover de ander.
2. Dat je op een begripvolle manier communiceert, waarbij je jezelf en de ander in zijn waarde laat.
3. Dat je op een begripvolle manier communiceert, waarbij de ander geconfronteerd wordt met eigen gevoelens.

De persoonlijke zone is de…………….

1. Afstand tot 45 cm om iemand heen waarbinnen gevoelscontact mogelijk is om persoonlijke contact te hebben
2. Afstand van 45 cm tot 120 cm om iemand heen waarbinnen mensen persoonlijk contact hebben.
3. Afstand van 120 cm tot 360 om iemand heen waarbinnen mensen een persoonlijk contact hebben

Verschil in achtergrond en gewoonten kan een probleem zijn voor effectieve communicatie.

1. waar
2. niet waar

Iemands referentiekader beïnvloedt sterk zijn communicatiegedrag
Juist of Onjuist

1. Juist
2. Onjuist

Wat is een voorbeeld van interne ruis?

1. Een storing in de telefoonverbinding
2. Een les die wordt verstoord doordat er iemand binnenkomt
3. Het niet goed luisteren naar wat iemand zegt
4. Het haperen van een video die je op je mobiele telefoon bekijkt

Wat is GEEN voorbeeld van ruis?

1. Zappen tijdens het televisiekijken
2. Een les die wordt verstoord doordat er iemand binnenkomt
3. Het uitvallen of storen van de mobiele telefoon tijdens een gesprek
4. Het haperen van een video die je op je mobiele telefoon bekijkt

Kenmerkend voor een dialoog is

1. Dat er een zender en een ontvanger is.
2. Een boodschap zonder ruis bij de ontvanger komt.
3. Dat de boodschap door een tussenpersoon wordt overgebracht.
4. Dat er sprake is van tweerichtingsverkeer

Karim “Heb jij die opdracht voor Doelgroepen al gemaakt? Ik vond het echt moeilijk’
Janneke: Vind jij doelgroepen moeilijk? Ik denk dat niemand dat had verwacht van jou’

Welke vorm van niet-luisteren is dit?

1. Ik-gericht luisteren
2. Verdedigend luisteren
3. Te selectief luisteren
4. Onverschillig luisteren

Als Beroepskracht MZ is het bevooroordeeld luisteren erg gevaarlijk.
Wat is bevooroordeeld luisteren eigenlijk?

1. Je luistert met een voorgezette mening naar de ander.
2. Je luistert niet naar de hele boodschap van de ander.
3. Je luistert vanuit het idee dat je door de ander onderuit gehaald wordt.

Je hoeft niet in alle situaties actief te luisteren.

1. waar
2. niet waar

Je eigen mening en gevoel hoef je niet uit te schakelen bij actief luisteren.

1. waar
2. niet waar

Wat is waar?

1. Een juiste luisterhouding is het luisteren waarbij je verbaal en non-verbaal aandacht geeft.
2. Een juiste luisterhouding heeft nooit een bepaald effectief op de ander.
3. Korte reacties geven om je medeleven of belangstelling te tonen doe je aan het eind van een gesprek.

Wat wilt u drinken?
Dit is een.....

1. gesloten vraag
2. open vraag
3. dubbele vraag

Wat is een gesloten vraag?

1. Hoe ben je hier gekomen?
2. Vind je het spannend?
3. Wat wil je straks gaan doen?
4. Wie heeft je gebracht?

Mevr. de Jager verkeert in onzekerheid of zij naar een verpleeghuis moet verhuizen. Ze zegt tegen jou als beroepskracht MZ: 'Als ik moet verhuizen naar een verpleeghuis, hoeft het voor mij allemaal niet meer'.

Hoe reageer jij op deze opmerking van mevr. de Jager?

1. Kop op hoor! Het heeft geen zin om bij de pakken neer te gaan zitten hoor. Het valt straks vast mee.
2. Zo denkt u er nu over, maar ik weet zeker dat u er straks anders over denkt.
3. Ik begrijp wat U bedoelt.
4. U ziet er erg tegenop om te verhuizen. Wat lijkt u daar zo erg aan?

EINDE VAN DE QUIZ