Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
45-1: Spelling bijvoeglijk naamwoorden
Welkom!
1 / 23
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
In deze les zitten
23 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welkom!
Slide 1 - Tekstslide
Welkom!
Vandaag:
- Kletsen over de vakantie
- Toets nabespreken
-Programma deze periode
- Twee onderwerpen spelling
Slide 2 - Tekstslide
Deze periode
1. Formatieve toets: voorbereiding P3
2. Nieuw leesboek
3. Nieuwe boekopdracht: zakelijke email (na de kerstvakantie)
4. Toets spreekvaardigheid: actuele gebeurtenis (tussendoor)
5. Toets leesvaardigheid (toetsweek)
Slide 3 - Tekstslide
Toets nabespreken
Laat alles in jouw tas.
Alleen jouw toets ligt op tafel.
Slide 4 - Tekstslide
Lesdoel blz. 232
Na deze les weten jullie:
hoe je bijvoeglijke naamwoorden spelt.
Spelling - bijvoeglijk naamwoord
Slide 5 - Tekstslide
Wat zijn de bijvoeglijke naamwoorden?
Die gekke Tommy gooide zijn nieuwe iPhone zo in de grijze afvalbak.
Slide 6 - Open vraag
Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
Spelling - bijvoeglijk naamwoord
Een bijvoeglijk naamwoord (bn) zegt iets over een zelfstandig naamwoord (zn).
1A/B is een leuke klas.
Die grappige Jonathan weet het altijd beter.
Ons vakantiehuis is prachtig.
Slide 7 - Tekstslide
Hoe schrijf je een bijvoeglijk naamwoord?
Spelling - bijvoeglijk naamwoord
Vaak komt er een -e achter het woord (lange vorm), maar niet altijd (korte vorm).
Een leuke klas / De klas is leuk.
De grappige jongen / De jongen is grappig.
Het prachtige vakantiehuis / Een prachtig vakantiehuis.
Slide 8 - Tekstslide
Wanneer kort? Wanneer lang (met -e)?
Spelling - bijvoeglijk naamwoord
Een mooi meisje Een mooie jongen
Een groot huis Een grote flat
Waarom is dat?
Slide 9 - Tekstslide
Wanneer kort? Wanneer lang (met -e)?
Spelling - bijvoeglijk naamwoord
Kort:
Na het lidwoord ‘een’ als het woord onzijdig is (een het-woord is)
Een groot vakantiehuis // Een mooi gerecht
Als het bijvoeglijk naamwoord achter het zelfstandig naamwoord staat.
Die scholier is fantastisch.
//
Het huis is schitterend.
Lang:
Na het lidwoord ‘de’ en ‘het’.
De grote jongen // Het mooie gerecht
Na het lidwoord ‘een’ als het woord mannelijk of vrouwelijk is (een de-woord is).
Een leuke vriendin // Een fantastische show
Als er geen lidwoord voor een woord in het meervoud staat.
Slimme leerlingen // Grote groepen
Slide 10 - Tekstslide
Hoe schrijf je de lange vorm?
Spelling - bijvoeglijk naamwoord
De lange vorm:
Zet een -e achter het woord:
mooi, mooie / fijn, fijne
Verdubbel de laatste letter en zet een -e achter het woord: fris, frisse / glad, gladde / wit, witte
Haal een a, e, o of u weg en zet een -e achter het woord:
traag, trage / leeg, lege / dood, dode / zuur, zure.
Verander een -f in een -v- of een -s in een -z- en zet een -e achter het woord:
lief, lieve / naïef, naïeve / grijs, grijze / vlekkeloos, vlekkeloze
Slide 11 - Tekstslide
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Spelling - bijvoeglijk naamwoord
Is het bijvoeglijk naamwoord een materiaal (stof), dan schrijf je het bijna altijd met
-en
.
De goud
en
beker
De papier
en
versie
Het katoen
en
shirtje
De woll
en
sjaal
Let op: bij 'moderne stoffen' en stoffen met een naam geleend uit een andere taal is er vaak geen uitgang met -en.
De plastic stoel
De suède jas
De corduroy broek
Slide 12 - Tekstslide
Samen oefenen
Spelling - bijvoeglijk naamwoord
Wat is de correcte vorm van het bijvoeglijk naamwoord?
Jerry draagt een (stoer) jasje.
Want hij is een (cool) jongen.
Hij heeft het gekregen van zijn (lief) moeder.
Die (zilver) mouwen zijn echt heel dope.
Ik heb (metaal) velgen gekocht voor mijn racefiets.
In dat (knus) huis woont haar opa.
Het is net een (goud) kooi.
Dat is een (schitterend) verhaal.
Ik krijg er bijna (vochtig) ogen van.
Pak pen & papier
Noteer de juiste vorm
Je hebt 3 minuten de tijd
timer
3:00
Slide 13 - Tekstslide
Samen oefenen
Spelling - bijvoeglijk naamwoord
Wat is de correcte vorm van het bijvoeglijk naamwoord?
Jerry draagt een
stoer
jasje.
Want hij is een
cool
e
jongen.
Hij heeft het gekregen van zijn
liev
e
moeder.
Die
zilver
en
mouwen zijn echt heel dope.
Ik heb
metal
en
velgen gekocht voor mijn racefiets.
In dat
knuss
e
huis woont haar opa.
Het is net een
goud
en
kooi.
Dat is een
schitterend
verhaal.
Ik krijg er bijna
vochtig
e
ogen van.
Slide 14 - Tekstslide
Maken: blz. 232 opdracht 1 t/m 3.
Daarna een boek uitkiezen voor deze periode.
Zet je naam in het bestand in Teams met het boek erachter.
Slide 15 - Tekstslide
Wat is de correcte vorm van het bijvoeglijk naamwoord?
Hans en Marije hebben een (groot) probleem.
A
grote
B
groten
C
groote
D
groot
Slide 16 - Quizvraag
Wat is de correcte vorm van het bijvoeglijk naamwoord?
Hij knalde op de (beton) paaltjes.
A
betonne
B
betonnen
C
betonen
D
betone
Slide 17 - Quizvraag
Wat is de correcte vorm van het bijvoeglijk naamwoord?
Dat (raar) jong heeft mijn stuntstep gestolen.
A
rare
B
raare
C
raren
Slide 18 - Quizvraag
Wat is de correcte vorm van het bijvoeglijk naamwoord?
Dat is een (prachtig) uitvoering.
A
prachtig
B
prachtigen
C
prachtige
Slide 19 - Quizvraag
Wat is de correcte vorm van het bijvoeglijk naamwoord?
Wat een (bizar) vertoning!
A
bizarre
B
bizar
C
bizare
Slide 20 - Quizvraag
Wat is de correcte vorm van het bijvoeglijk naamwoord?
Wat een (gezellig) familie is dat geworden.
A
gezellig
B
gezellige
C
gezelligen
Slide 21 - Quizvraag
Wat is de correcte vorm van het bijvoeglijk naamwoord?
Het was een (druk) bedoening in het Vondelpark.
A
druk
B
druke
C
drukke
Slide 22 - Quizvraag
Lesdoel behaald? Lukt dit nu?
hoe je bijvoeglijke naamwoorden spelt.
Spelling - bijvoeglijk naamwoord
Slide 23 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Werkwoordspelling - Voltooiddeelwoord
Oktober 2023
- Les met
18 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 4
H13: bijvoeglijk naamwoord
November 2022
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 1
Spelling GROEP 8: bijvoeglijk naamwoord
Oktober 2024
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 1
1 TH Spelling bijvoeglijk naamwoord + meervouden
September 2022
- Les met
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 1
Spelling leerjaar 1 MHV: bijvoeglijk naamwoord
Maart 2023
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 1
Donderdag 23 februari BN
Februari 2023
- Les met
12 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
H13: bijvoeglijk naamwoord
September 2023
- Les met
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 1
2 Spelling bijvoeglijk naamwoord HS
Februari 2023
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 1