HAVOVerhoudingsamenvatting

H1 sociale ongelijkheid en gevolgen
4 havo 
Maatschappijwetenschappen

--toets op woensdag 26 juni (net na de toetsweek)--
--> vragen/klachten?--> meneer Kiezenberg kamer 226
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H1 sociale ongelijkheid en gevolgen
4 havo 
Maatschappijwetenschappen

--toets op woensdag 26 juni (net na de toetsweek)--
--> vragen/klachten?--> meneer Kiezenberg kamer 226

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weten jullie het nog:
Op welke drie terreinen wordt ongelijkheid gemaakt?
A
Op basis van uiterlijk, gezag en bezit.
B
Op basis van macht, status en bezit.
C
Op basis van macht, gezag en bezit.
D
Op basis van uiterlijk, macht en bezit.

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noemen we het indelen van mensen in één laag?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen een 'gesloten' en een 'open' samenleving?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • Je begrijpt dat bij het verkrijgen van een maatschappelijke positie het proces van positietoewijzing en het proces van positieverwerving een rol spelen en je kunt voorbeelden noemen.
 
  • Je kunt uitleggen dat sociale uitsluiting op de loer ligt als er problemen zijn bij de positietoewijzing of positieverwerving.

  • Je kent de vier componenten van sociale uitsluiting.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociale mobiliteit
Hoe 'vast' ligt je positie op de maatschappelijke ladder?

- positietoewijzing:
maatschappelijke oorzaken bepalen de positie van een groep of individu.

- positieverwerving:
groepen of individuen verkrijgen hun positie door een eigen bijdrage.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werk is een belangrijk onderdeel van je maatschappelijke positie. Als je dat niet hebt, is de kans om te stijgen op de ladder klein. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

01:45
Geef twee voorbeelden van positietoewijzing in de video.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

01:45
Leg uit dat de video een voorbeeld is van sociale ongelijkheid.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Sociale uitsluiting

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

16,4% van de Nederlanders lopen risico op armoede of sociale uitsluiting (EU = 23,7%.
Afstand tot arbeidsmarkt is één van de meest bepalende factoren.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Electorale participatie

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Niet-electorale participatie

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke kernconcepten spelen een rol bij sociale uitsluiting?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit hoe het verhoudingsvraagstuk terugkomt in sociale ongelijkheid.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit dat bij geringe toegang tot grondrechten socialisatie een rol kan spelen.

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vormen kapitaal: niet iedereen heeft dezelfde start. Ongelijke verdeling van:
- Cultureel kapitaal: kennis, houding, taal, opvattingen die kenmerkend zijn voor een hoger sociaal mileu
- Economisch kapitaal: geld en bezit
- sociaal kapitaal: connecties, netwerken kennis, de mate van respect die een bepaalde sociale groep heeft.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

zelfstandig oefenen voor de toets:
-werk kennen & kunnen lijstje uit (staat in je huiswerk) 
- maak de oefentoets (staat ook in je huiswerk)
- maak opdracht
-vat de paragrafen van h1 samen en oefen de kernconcepten (sociale ongelijkheid//macht/gezag/conflict/samenwerking)
timer
30:00

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verhouding
Verhouding verwijst naar de wijze waarop mensen zich van elkaar onderscheiden en tot elkaar verhouden en de manier waarop samenlevingen in sociale zin vormgeven aan deze verschillen. Het verwijst ook naar onderlinge betrekkingen tussen staten.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

voorbeeld van toets vraag:
Lees een tekst en leg uit hoe de verhouding tussen rijke en arme mensen veranderd.
- gebruik in je antwoord de omschrijving van het concept verhouding 
- leg uit of volgens jou  de verhoudingen tussen rijk en arm toe of afnemen en licht dit toe

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onder het hoofdconcept verhouding vallen macht, gezag, conflict, samenwerking en ...
A
sociale (on)gelijkheid
B
sociale cohesie
C
socialisatie
D
individualisering

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

'Vaccinatiewedloop: Westerse ambities om snel te vaccineren botsen met de noodzaak van gelijkwaardige verdeling van vaccins.'
Om welk vraagstuk gaat het?

A
Welvaartsvraagstuk
B
Bindingsvraagstuk
C
Vormingsvraagstuk
D
Verhoudingsvraagstuk

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar gaat het hier over?
A
Vorming
B
Verhouding
C
Binding
D
Verandering

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke beroepen worden meer en welke beroepen worden minder gewaardeerd?

Slide 30 - Tekstslide

Bespreek met de leerlingen welke beroepen meer en welke minder gewaardeerd worden. Heeft dit te maken met inkomen of status? 
Sociale ongelijkheid
Een situatie waarin verschillen tussen mensen, in al dan niet aangeboren kenmerken, consequenties hebben voor hun maatschappelijke positie en leiden tot een ongelijke verdeling van schaarse en hooggewaardeerde zaken, van waardering en behandeling.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies




Van welke soort ongelijke verdeling is er sprake in de video?
Van welke soort ongelijke verdeling is er sprake in de video?
A
Economische hulpbronnen
B
Sociale hulpbronnen
C
Symbolische hulpbronnen
D
Politieke hulpbronnen

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies




Hoe noemen we de indeling van sociale lagen, waartussen ongelijkheid bestaat?
Hoe noemen we de indeling van sociale lagen, waartussen ongelijkheid bestaat? 
A
Maatschappelijke ladder
B
Klassensamenleving
C
Gesloten samenleving
D
Sociale stratificatie

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sociale stratificatie
In Nederland wordt sociale stratificatie vaak beschreven op basis van bezit en inkomenssituatie. Macht, status en opleiding hebben daar ook mee te maken.

Slide 35 - Tekstslide

Benadruk hier dat vooroordelen en stereotypen ook een effect kunnen hebben.
Beroepen- en functiesegregatie

Sommige beroepen worden gezien als typisch vrouwelijk en andere als typisch mannelijk. Ook bij functies zien we traditionele opvattingen. 

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Positieverwerving
Het proces van positieverwerving verwijst naar het verkrijgen van een maatschappelijke positie door de eigen bijdrage van een persoon of de groep waartoe hij behoort. 



Wie is het beste voorbeeld van positieverwerving?


Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Positietoewijzing
Als je er zelf geen invloed op hebt om hoger op de maatschappelijke ladder te komen.

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
  • hoe is positieverwerving van toepassing in het onderwijs?
  • hoe is positietoewijzing van toepassing in het onderwijs?

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Glazen plafond
Een onzichtbare barrière waardoor vrouwen maar beperkt kunnen klimmen op de maatschappelijke ladder. Hierdoor is het voor vrouwen lastiger om hogere posities te bereiken.

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 41 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Glazen plafond
Een onzichtbare barrière waardoor vrouwen maar beperkt kunnen klimmen op de maatschappelijke ladder. 


Vraag: gaat het glazen plafond over positietoewijzing of positieverwerving.

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Sociale ongelijkheid
Door de industriële revolutie ontstond er een klassensamenleving. Ingedeeld op basis van economische ongelijkheid.

De sociale mobiliteit steeg nauwelijks, en sociale ongelijkheid bleef bestaan.

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke soort sociale ongelijkheid?
- Ongelijke verdeling van politieke hulpbronnen 
Het hebben van bevoegdheden om macht uit te oefenen (gezag)
- Ongelijke verdeling van economische hulpbronnen
Het hebben van geld en bezit
- Ongelijke verdeling van symbolische hulpbronnen
Het hebben van aanzien en waardering
- Ongelijke verdeling van sociale hulpbronnen
Het hebben van sociale contacten

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

zelfstandig oefenen voor de toets:
-maak oefentoets/ samenvatting/ schrijf kernconcepten uit
--> check mail van vorige week met oefentoetsen
--> oefen met de paarse stukjes uit de paragrafen

timer
30:00

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies