wk 9: grammatica en schrijven

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Les 1

Terugblik

Schrijven:

• Je hebt geleerd in welke volgorde je een informerende tekst moet typen
• Je hebt geleerd op welke manier je de inleiding meteen aantrekkelijk kan maken voor de lezer (Wat als.....)
• Je weet hoe je het slot van je tekst moet aanpakken (conclusie of samenvatting)

grammatica

• Je leert/herhaalt het zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord en lidwoord
• Je maakt een oefening bij bovenstaande woordsoorten

Wat weet jij over het zelfstandig naamwoord?

Het zelfstandig naamwoord (aantekening)

Afkorting: znw

Onder zelfstandige naamwoorden vallen:

1. Alle namen: straatnamen, namen van personen, namen van bedrijven, etc
2. Woorden waar een lidwoord voor kan staan: (een/het) klusje,  (een/de) folder, (de/een) presentatie

Wat weet jij over het bijvoeglijk naamwoord? Kun je ook een voorbeeld geven?

Het bijvoeglijk naamwoord

Afkorting: bnw

Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord. Let op: een bijvoeglijk naamwoord staat vaak in de buurt van het znw, maar niet altijd. Kijk maar:

Het schilderij dat daar hangt is erg mooi.

Het mooie schilderij is door mijn opa gemaakt.

opdracht

• Slaapkamer: Een zelfstandig naamwoord met de kleur blauw
• Keuken:  een zelfstandig naamwoord van metaal
  
• Schuur/zolder/ garage: een znw van hout
  
• Buiten: foto van iets bruins
  
• Buiten: foto van het bord met daarop jouw straatnaam
  
• Binnen/buiten: Foto van je huisdier of zoek plaatje van een dier dat je graag als huisdier wilt hebben

Collage

Plaats alle foto's in een document. Plaats bij iedere foto een zin: 

In de zin komt het woord dat je gefotografeerd hebt terug, met een bijvoeglijknaamwoord, lidwoord  en plaats erbij. 

Lidwoorden kleur je rood

Bijvoeglijke naamwoorden groen

Zelfstandige naamwoorden blauw

De kleine lepel ligt op tafel

Inleveren voor einde les in classroom

Les 2

1-toets verkleinwoorden en bezitsvorm

Open de app socrative

Roomnumber: 360028

Terugblik

Grammatica:

• Je kent de regels achter het lidwoord, zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord.
• Je kunt de regels toepassen

Schrijven:

x 

Informerende tekst

Doel: informeren

Kenmerken: objectief, controleerbaar, geen mening

Publiek: leeftijdsgenoten

aantal woorden: minimaal 400

Schrijven

• Je weet waar je op moet letten bij het schrijven van je slot. 
• Je weet waar je op moet letten bij het schrijven van de inleiding.
• Je rond je informerende tekst af
• Je controleert je tekst op spelling.

Vóór het einde van de les lever je in classroom in wat je af hebt.

Afsluiting 1 vwo

Huiswerk volgende les:

x