Oefentoets cito rekenen M7

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 7

Zet de maanden in de goede volgorde

maand 1

maand 2

maand 3

maand 4

maand 5

maand 6

maand 7

maand 8

maand 9

maand 10

maand 11

maand 12

maart

december

januari

oktober

februari

juni

mei

september

november

april

augustus

juli

Hoeveel kaartjes zijn er ongeveer verkocht?

1. 700
2. 900
3. 800
4. 1000

09:00

12:30

22:30

17:30

17:00

Sleep de klokken naar de juiste tijd.

potten	12	6	1
plantjes	72	36	.......

1 pot

4 plantjes

6 plantjes

8 plantjes

dozen	1	5
peren	4	.....

5 dozen

10 peren

15 peren

20 peren

dozen	1	5	10	15
peren	4	20	40	.....

15 peren

100 peren

60 peren

80 peren

Om te kunnen werken met afstand, tijd en snelheid is het belangrijk dat je dit weet:

1 km = ....

1 uur =  ...

1 min = .....

km/u = ...

m/s = ...

60 minuten

60 seconden

1000 meter

kilometer per uur

meter per seconde

Welke getallen zijn deelbaar door 2?

deelbaar door 2

niet deelbaar door 2

Het is nu vijf voor half acht 's avonds.
Wat is de juiste tijd?

1. 17:25
2. 19:25
3. 18:25
4. 20:25

Nina koopt een nieuwe fiets. De fiets kost € 500,- Nina krijgt 10% korting. Hoeveel korting krijgt Nina?

In dit buisje zit 50 cl vloeistof.
Hoeveel ml is dat?

1. 5
2. 500
3. 50
4. 5000

Een schapenkooi is 15 meter lang en 10 meter breed.
Hoeveel meter hek heeft de boer moeten
kopen om het te maken?

1. 50 m
2. 150 m
3. 1.500 m
4. 15.000 m

Als je de grootte van iets uitspreekt zeg je vaak: (lengte) bij (breedte) meter. Dat schrijf je als ... x ... meter.

Een aquarium heeft
hoogte 3dm
lengte 3dm
breedte 4dm
Wat is de inhoud?

1. 48dm³
2. 36dm³
3. 9dm³
4. 10dm

10 x 7

8 x 8

25 x 3

6 x 7

70

64

75

42

Oma bestelt uiteindelijk 50 m2 vloer. Hoeveel dm2 is dat?

1. 50
2. 500
3. 5000
4. 0.5

Breuk

Kommagetal

Procent

0,75

0,70

0,50

0,40

50%

40%

70%

75%

1/2

3/4

2/5

7/10

Hoe spreek je dit getal uit?
23478

1. drieëntwintig duizend vier zeven acht
2. twee duizend vierendertig honderd achtenzeventig
3. drieëntwintigduizend achtenzeventig honderd vier
4. drieëntwintigduizend vierhonderd achtenzeventig

Hoeveel procent is gekleurd?

1. 100%
2. 25%
3. 75%
4. 50%

m

m2

m3

Lengte

of 

Breedte

Opper

vlakte

Inhoud

kubieke

Sleep naar de goede plek

Hoeveel procent is gekleurd?

1. 100%
2. 25%
3. 75%
4. 50%

Welke breuk hoort bij het precentage?

1. 3/4
2. 1/4
3. 1/5
4. 1/10

Welke keersom hoort erbij?
180 : 10 = ....

1. 10 x 18
2. 180 x 10
3. 180 : 10
4. 180 x 1

Hoe bereken je de oppervlakte van een rechthoek?

1. lengte x breedte
2. lengte + breedte
3. lengte + breedte + lengte + breedte
4. lengte + lengte

kwart voor 3 's nachts

1. 03:15
2. 02:45
3. 15:15
4. 14:45

De man aan de rechterkant is 2.20 m
hoeveel cm lang is hij?

1. 22 cm
2. 2.200 cm
3. 22.000 cm
4. 220 cm

82 km=.....dam

1. 8.900
2. 876
3. 879
4. 8.200

Hoeveel eet het blauwe mannetje?

1. 1 deel
2. 1/8 deel
3. 1/4 deel
4. 1/1 deel

De inhoud van welke fles past precies in de kubieke decimeter?

1. De 0,25 liter fles
2. De 0,5 liter fles
3. De 1,0 liter fles
4. De 1,5 liter fles