Samenstelling bloed en hemostase

Bloed en hemostase 
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Bloed en hemostase 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Bloedonderzoek
  • venapunctie
  • labuitslag.nl
  • arteriepunctie (astrup/bloedgas)
  • bloedkweek (bij koorts of ondertemp.) 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Bloed
  • temperatuur rond 38 graden celcius
  • viscositeit = stroperigheid (plakkerig)
  • Zuurgraad (pH) tussen 7.35 - 7.45 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Bloedplaatjes

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Bloedstolling:
Bloedstolling:

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

timer
1:00
Wat zijn indicaties voor anticoagulantia?

Slide 14 - Woordweb

Waar staat de afkorting INR voor?
A
International Natriumchloride Ratio
B
International New Ratio
C
International Normalized Ratio
D
International Neoplastic Resubmission

Slide 15 - Quizvraag

Wat is de normaalwaarde van de INR bij een gezond persoon?
A
1.0
B
2.5-4.0
C
5.0-8.0
D
8.5-10

Slide 16 - Quizvraag

Wat zegt de INR?
HOOG:
Kans op spontane bloedingen

LAAG:
Kans op stolsels
Risico op trombose

Slide 17 - Tekstslide

Waartoe leidt teveel antistolling?
A
trombus
B
embolie
C
DVT diep veneuze trombose
D
bloedingsneiging

Slide 18 - Quizvraag

Wat betekent couperen van de antistolling?
A
de dosis antistolling ophogen
B
de dosis antistolling verlagen
C
een antidotum geven tegen de antistolling
D
veranderen van antistollingsmiddel

Slide 19 - Quizvraag

fase 1
fase 2
fase 3
stollingscascade 
vasoconstrictie
samenklontering trombocyten

Slide 20 - Sleepvraag

Slide 21 - Tekstslide

timer
1:00
Welke geneesmiddelen die de stolling beïnvloeden ken je?

Slide 22 - Woordweb

Slide 23 - Tekstslide

Categorieën antistolling
  • Trombocyten aggregatie remmers 
  • Vitamine K antagonisten
  • Directe werkende orale anticoagulantia
  • Heparinen
  • Trombolytica

Slide 24 - Tekstslide

Categorieën antistolling
Trombocyten aggregatie remmers 
Acetylsalicylzuur, carbasalaatcalcium

Vitamine K antagonisten
Acenocoumarol, fenprocoumon

Slide 25 - Tekstslide

Categorieën antistolling
Directe werkende orale anticoagulantia
- Dabigatran, rivaroxaban
Heparinen
- Heparine, nadroparine, dalteparine, 
Trombolytica
- Alteplase

Slide 26 - Tekstslide

timer
1:00
Wat zijn bijwerkingen en complicaties van het gebruik van antistolling?

Slide 27 - Woordweb

Hoeveel procent van ons bloed bestaat uit bloedcellen (ongeveer)?
A
10%
B
25%
C
45%
D
70%

Slide 28 - Quizvraag

Welke stof in een rode bloedcel bindt zuurstof?
A
globuline
B
bilirubine
C
hemoglobine
D
albumine

Slide 29 - Quizvraag