H7.2 & 7.3

Welkom!
Hoofdstuk 7
De klant is koning!

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
HandelMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Hoofdstuk 7
De klant is koning!

Slide 1 - Tekstslide

Doel van vandaag
Je kent de drie klantenbindingniveaus.
Je weet wat klantwaarde voor je bedrijf betekend.
Je kent retentie en loyaliteit.


Slide 2 - Tekstslide

Klantenbinding!

Je probeert te klant te binden aan je bedrijf, zodat hij/zij opnieuw producten gaat aanschaffen en loyaal blijft aan het bedrijf.

Slide 3 - Tekstslide

Drie niveaus klantenbinding
Financiële binding
Klantenkaarten, prijskortingen, beloningen, garanties
Sociale binding
Contact met de klant, merkbeleving, respect en vertrouwen, loyaliteit
Structurele binding
Leverbetrouwbaarheid, toegevoegde waarde bieden, op maat werken

Slide 4 - Tekstslide


Klantwaarde

Klantwaarde is de reden voor een klant om zaken te doen met een bedrijf.

Slide 5 - Tekstslide

Retentie
Retentie betekent simpelweg: herhalingsaankoop

Bij een herhalingsaankoop is het belangrijk wat de klant voor gedrag vertoont, ook wel klantgedrag genoemd. Klantgedrag omvat alle activiteiten die een klant vertoont bij een aankoop.

Onder het klantgedrag valt ook het koopgedrag, dit heeft te maken met de feitelijke aankoop van producten, de plaats waar het gekocht wordt en hoevaak het product gekocht wordt.

Slide 6 - Tekstslide

Loyaliteit
De emotionele band die je hebt met een bedrijf.

Emotionele motief: gevoelens met een bedrijf die het consumentengedrag beïnvloedt.

Rationeel motief: weloverwogen, consistente en logische oordeelvorming over een bedrijf, komt nauwelijks voor bij consumentengedrag.

Slide 7 - Tekstslide

Retentie en loyaliteitsprogramma
Klantverloop verminderen
Klantentrouw bevorderen
Omzet en winst verhogen
Nieuwe klanten werven

Slide 8 - Tekstslide

Relatiebeheer
Persoonlijke gegevens
NAW gegevens
Zakelijke gegevens

Alles staat in een database

Slide 9 - Tekstslide

Wat zijn de 3 klantenbinding niveaus?
A
Financieel, sociaal, cultureel
B
Financieel, cultureel, structureel
C
Sociaal, cultureel, structureel
D
Financieel, sociaal, structureel

Slide 10 - Quizvraag

Wat heeft betrekking op de sociale binding tussen klant en bedrijf?
A
Prijskortingen
B
Loyaliteit
C
Leverbetrouwbaarheid
D
Beloningen

Slide 11 - Quizvraag



Huiswerk


Opdracht 15 t/m 32
Fijne vakantie!!

Slide 12 - Tekstslide