2. Welke voedingsstof bevat naast C-, H-, en O- ook N-atomen?
A
Eiwitten
B
Koolhydraten
C
Vetten
D
Mineralen
Slide 16 - Quizvraag
ATP
Slide 17 - Tekstslide
Creatinefosfaat (CP)
Slide 18 - Tekstslide
Anaerobe dissimilatie
Slide 19 - Tekstslide
Aerobe dissimilatie
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Dissimilatie
Ook vetten en eiwitten kunnen verbrand worden
Eiwitten dissimilatie naar ureum en pyrodruivenzuur
Vetten dissimilatie naar glycerol en vetzuur, glycerol omgezet naar pyrodruivenzuur
CO2, H2O en ureum verlaten het lichaam
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
5.3
Essentiële aminozuren en vetzuren
Verzadigde en onverzadigde vetzuren
Voedingsvezels
Vaatbundels planten
Slide 24 - Tekstslide
10. Een sprinter gebruikt als energiebron
A
Uitsluitend glycogeen en glucose
B
Uitsluitend de fosfaataccu
C
Vooral glucose
D
Zowel eiwitten, als vetten, als glycogeen
Slide 25 - Quizvraag
Essentiële en niet-essentiële aminozuren
Slide 26 - Tekstslide
Verzadigde en onverzadigde vetzuren
Slide 27 - Tekstslide
Celwand plant
Cellulose: voedingsvezel
Lignine
Pectine: tussencelstof, plakt plantencellen aan elkaar
Slide 28 - Tekstslide
Vaatbundels
Slide 29 - Tekstslide
Gifstoffen
Reservevoedsel
Slide 30 - Tekstslide
5.4
Fotosynthese
Beperkende factoren
Slide 31 - Tekstslide
Welke reactie is assimilatie? 1) Ontstaan CO2 uit glucose. 2) Ontstaan eiwitten uit aminozuren. 3) Ontstaan glucose uit glucogeen. 4) Ontstaan ureum uit aminozuren.
A
Alleen 1 en 2
B
Alleen 2
C
Alleen 1, 2 en 3
D
1, 2, 3 en 4
Slide 32 - Quizvraag
Fotosynthese
Slide 33 - Tekstslide
Voortgezette assimilatie
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Tekstslide
Beperkende factoren
Slide 36 - Tekstslide
Brutoproductie: hoeveelheid glucose die een plant maakt bij fotosynthese (BP)
Nettoproductie: hoeveelheid glucose die over is na dissimilatie (NP)
Compensatiepunt: fotosynthese en dissimilatie zijn even groot
Slide 37 - Tekstslide
Overdag: fotosynthese + dissimilatie
's Nachts: dissimilatie
Slide 38 - Tekstslide
5.5
Klassieke biotechnologie
Melkzuurbacteriën
Alcoholgisting
Slide 39 - Tekstslide
7. In de cellen van een bruine beuk vindt fotosynthese plaats. Ze gebruiken hierbij
A
bijna alle kleuren licht
B
vooral blauw en rood licht
C
vooral bruin licht
D
vooral geel licht
Slide 40 - Quizvraag
8c. De hoeveelheid CO2 bij het compensatiepunt die een plant bij de dissimilatie vormt, is
A
groter dan hoeveel de plant gebruikt bij fotosynthese
B
gelijk aan hoeveel de plant gebruikt bij fotosynthese
C
kleiner dan hoeveel de plant gebruikt bij fotosynthese
Slide 41 - Quizvraag
Melkzuurbacteriën
Slide 42 - Tekstslide
Melkzuurgisting
Slide 43 - Tekstslide
Gisten (schimmels)
Slide 44 - Tekstslide
Alcoholgisting
Slide 45 - Tekstslide
Slide 46 - Tekstslide
Welke van de onderstaande stoffen bevatten als gevolg van deze assimilatie stikstof?